Kerk & religie

Geboorte-uur van nieuwe vrijmaking

De Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt (GKV) staan aan het begin van een scheuring. In een Akte van Vrijmaking of Wederkeer, afgelopen zaterdag in Zwolle afgelezen, werd uitgesproken dat de vrijgemaakte kerk niet langer de ware kerk is. „Het is onverantwoord om nog deel uit te maken van het kerkverband”, aldus de acte.

K. van der Zwaag
22 September 2003 09:40Gewijzigd op 14 November 2020 00:35

Leden uit drie gemeenten -Berkel en Rodenrijs, Venlo en Veenendaal- hebben zich al losgemaakt. Binnen de vrijgemaakte kerken ontstond de afgelopen jaren protest tegen diverse synodebesluiten. Er is zorg over de opkomst van de schriftkritiek (vanwege de voortgaande eenheid met de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Nederlands Gereformeerde Kerken), over liturgische veranderingen en over het opnemen van gezangen uit het Liedboek.

De toonzetting van de Akte van Vrijmaking is dreigend: de kerk wordt beroofd van haar erepositie als ware kerk en verlaagd tot een pluralistische kerk. „Ze is verworden tot een kerk waarin ja en nee, zuivere en onschriftuurlijke leer, een wettige plaats naast elkaar hebben.” Appèl langs de kerkelijke weg is niet meer mogelijk. „De vrijmaking is een daad van gehoorzaamheid aan het Woord van God.”

Dr. P. van Gurp, redacteur van het blad Reformanda, wil van het woord kerkscheuring niet weten. „Als u de Acte van Vrijmaking indient bij uw kerkenraad, betekent dit niet dat u zich onttrekt aan de kerk, maar dat u zich vrijmaakt van de afdwalingen van de kerk om juist de band aan de kerk vast te houden. We spreken niet van afscheiding, en helemaal niet van onttrekking aan de kerk, maar van vrijmaking.

Over scheuren gesproken: de synode heeft al een scheur getrokken. En er zijn heel wat plaatselijke kerkenraden die dat ook in de hun toebetrouwde gemeenten doen.”

Van Gurp antwoordt op kritiek dat de situatie in 1944 (toen de vrijmaking plaatsvond) anders was dan nu: „Het ging toen over binding aan onschriftuurlijke besluiten. Vandaag is de situatie ernstiger dan in 1944 en is de deformatie veel verder ingevreten dan toen. De afval doortrekt het hele kerkelijke leven. Daarin is geen stilstand. De vrijgemaakte kerken hebben de laatste vijftien jaar een indrukwekkend kasteel opgebouwd, maar het gebouw dat van buiten mooi lijkt, is van binnen hol. Zoals witte mieren alles kunnen wegvreten, zo is het vrijgemaakte gebouw aangevreten. Het is nog een façade, een gevel.”

Dr. Van Gurp had begrip voor leden die „menen te moeten wachten” op antwoord van hun kerkenraad. Maar aan het wachten is een grens. „Het gevaar is groot dat mensen gaan wennen aan zonden en dat de noodzaak tot vrijmaking uit het zicht verdwijnt. De vrijmaking is een liefdedaad, voor de broeders en zusters die de noodzaak van vrijmaking niet zien, maar ook met het oog op de toekomst van de kerk, met het oog op onze kinderen en kleinkinderen.”

Een opmerking dat er in enkele gemeenten nog goed gepreekt wordt, is voor Van Gurp geen argument: „Wordt in de prediking wel aanhoudend aangewezen op het feit dat de kerkgemeenschap op een zondige weg is? Bovendien: de plaatselijke kerk is mede verantwoordelijk voor wat het hele kerkverband doet.”

Maar hoe moet het verder? Er zijn bijvoorbeeld geen predikanten. Van Gurp: „U krijgt trouwe herders terug. Ambtsdragers zijn ook herders, door de Heere gegeven.”

Hoe houden we preeklezen in een kleine huisgemeente vol? „Er zal gezorgd worden voor voldoende preken en bandjes.”

En hoe om te gaan met de scheur door familie en vrienden? Van Gurp: „Als u familieleden of bezittingen hebt prijsgegeven om Mijnentwil, dan krijgt u honderdvoudig terug, nu al in deze tijd.”

Er lijkt geen weg terug. Dr. S. de Marie, voorzitter van stichting Reformanda: „We zijn hier bijeen vanwege de noodzaak van reformatie. Daarover zullen we niet discussiëren. Geloofsgehoorzaamheid gaat uit boven spanningen bij vriendschappen en familiebanden.” De vrijmaking in zijn woonplaats Berkel en Rodenrijs heeft hij als „een werk van Uw handen” ontvangen.

Inmiddels wordt naar andere kerken gekeken bij wie toenadering te zoeken is. Dr. Van Gurp kijkt naar het Comité tot Behoud van de Nederlandse Hervormde Kerk, die zich volgens hem ook van de gedeformeerde kerk wil afscheiden en de ware kerk wil voortzetten. „Misschien kunnen we komen tot één ware gereformeerde kerk.”

Dr. De Marie zegt desgevraagd niet te weten hoeveel leden zich zullen vrijmaken. Er worden al praktische regelingen getroffen voor de toekomst. Gedacht wordt aan streekgemeenten, als een plaatselijke groep te klein is om een kerk te institueren.

Opvallend veel jongeren zijn aanwezig. Een jong stel uit Groningen-Noord denkt dat er in hun gemeente ook een scheuring komt. Maar de hoge opkomst van jongeren relativeren ze. „Veel jongeren zijn gekomen om te horen wat er gezegd wordt. Op internet is een heftige discussie over deze kwestie aan de gang.”

Een moeder neemt haar kinderen mee naar Zwolle. Ze zegt tegen Van Gurp: „Ze moeten er bij zijn, want dit is een historische vergadering.” Van Gurp: „Dat is het inderdaad. Het is het geboorte-uur van een nieuwe vrijmaking.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer