Politiek

Strategie christenen tegenover VVD/PvdA-coalitie

De machtige rol die het CDA de afgelopen eeuw speelde in de landsregering lijkt definitief ten einde. De niet-confessionele partijen VVD en PvdA maken vanaf maandag de dienst uit en gaan tradities afbreken die christenen lief zijn. Twee orthodoxe denkers analyseren het nieuwe politieke klimaat en blikken vooruit. Wat moet de nieuwe strategie voor christenen zijn?

Gerard Vroegindeweij

3 November 2012 19:03Gewijzigd op 15 November 2020 00:05
Dr. H. van den Belt. Foto RD, Anton Dommerholt
Dr. H. van den Belt. Foto RD, Anton Dommerholt

Het regeerakkoord dat VVD-voorman Rutte en zijn PvdA-collega Samsom in elkaar timmerden, spreekt heldere taal: de zondagsopenstelling van winkels mag ruimer, de maatschappelijke discussie over het vrijwillig gekozen levenseinde krijgt een impuls, orthodoxe scholen en andere levensbeschouwelijke organisaties mogen praktiserende homoseksuelen niet weigeren, echtscheiding moet gemakkelijker, er mogen geen nieuwe trouwambtenaren komen met gewetensbezwaren tegen homohuwelijken en de mogelijkheden voor embryoselectie worden groter.

Allemaal zaken waarover al jaren wordt gesproken, maar die door de weerhoudende macht van CDA, ChristenUnie en SGP keer op keer werden vooruitgeschoven. Omdat er geen christelijke politieke partijen in de regering-Rutte/Asscher zitten, gaat het nieuwe kabinet maatregelen nemen die christenen pijn doen.

Komt Nederland daar terecht waar de hervormde theoloog dr. W. Aalders in de jaren tachtig van de vorige eeuw voor waarschuwde? Hij schreef: „Grosso modo is in de Nederlandse politiek het CDA een kristallisatiepunt voor het behoud van christelijke waarden in een postchristelijke tijd. De inbreng van het CDA in de concrete machtsverhoudingen, is van groot belang. Het zou een ramp voor Nederland zijn, als die weg zou vallen.”

Bij prof. dr. H. van den Belt, bijzonder hoogleraar vanwege de Gereformeerde Bond aan de Rijksuniversiteit Groningen, roept de uitspraak van Aalders herkenning op, al maakt hij wel de kanttekening dat met name onder paars II (1998-2002) de antichristelijke gevoelens sterker waren van nu. „Dat kwam vooral door de regeringsdeelname van D66. Die staat nu aan de kant. Dat maakt wel een verschil”, aldus de hoogleraar, die ook hoofdbestuurslid is van de SGP.

Prof. dr. G. C. den Hertog, hoogleraar systematische vakken aan de Theologische Universiteit Apeldoorn: „Aalders gaat uit „behoud van christelijke waarden” en denkt in termen van machtsverhoudingen. Dat is een historische manier van denken. We moeten een niveau dieper gaan en vragen naar Gods weg met deze wereld en met ons land. De vraag is op zijn plaats of een christendom dat zijn identiteit en kracht in ”waarden” zoekt wel weet waar het in Gods weg met deze wereld om gaat.”

Prof. Van den Belt stelt dat de invloed van het CDA niet helemaal weg is: „VVD en PvdA hebben in de Eerste Kamer geen meerderheid, dus het kan zijn dat ze toch het CDA nodig hebben voor diverse ingrijpende bezuinigingsvoorstellen. En in de politiek gaat niets voor niets. Daar kan nog een zeker matigende invloed van uitgaan op immateriële thema’s.”

Maar prof. Van de Belt heeft daar niet al te hoge verwachtingen van: „De CDA-politiek was niet altijd weerhoudend van aard. Het CDA heeft zelf ingestemd met de ruimere abortuswetgeving. En de partij hangt ondertussen ook een modern-vrijzinnige visie aan op het gebied van homoseksualiteit.”

Welke ramp doet zich voor als dat kristallisatiepunt wegvalt?

Prof. Den Hertog: „Het valt te verwachten dat in de komende tijd nog weer een aantal christelijke voorrechten en verworvenheden ter discussie komt te staan. Of dat een ramp is, hangt sterk af van de manier waarop de kerk erop reageert. Als zij zich op Christus terug laat werpen kan het haar en de samenleving zelfs tot zegen zijn.”

Heeft God christelijke politieke partijen nodig?

Prof. Van den Belt: „Nee en ja. Het is boven alle twijfel verheven dat God deze wereld regeert. Daar heeft Hij geen christelijke partijen voor nodig. Maar de goddelijke opdracht is wel te doen wat onze hand vindt om te doen. Het hangt ook af van de tijd en de omstandigheden waarin je verkeert. Als ik in Amerika woonde, zou ik geen SGP oprichten. En nog een stapje dichterbij: ik kan me de redering van dr. P. J. Visser in de Amsterdamse situatie wel voorstellen dat je je afvraagt waar je als christen meer invloed uit kunt oefenen, in een christelijke partij met een kansloze lijst, of in een seculiere partij die wél invloed heeft op het beleid. Maar voor alle duidelijkheid, dat is geen pleidooi om de christelijke politieke partijen op landelijk niveau op te heffen. Dit scenario zou voor de landelijke politiek alleen kunnen gelden op het moment dat de christelijke partijen geen zetels meer zouden hebben of als er zo’n hoge kiesdrempel zou komen dat christelijke partijen daar niet bovenuit komen.”

Prof. Den Hertog: „Gelukkig bouwt God Zijn eigen rijk. In de brief aan de Efeziërs lezen we dat Christus als Hoofd over alles gegeven is aan de gemeente, die Zijn lichaam is (1:22v). Christus heeft alle macht in hemel en op aarde, Hij heeft de naam boven alle naam en alles in de wereldgeschiedenis is gericht op Zijn grote toekomst. God heeft ons niet nodig en politieke partijen nog minder. De vraag is of wij bruikbaar zijn in zijn plan.”

In wat voor geestelijk klimaat zijn we als samenleving terechtgekomen nu het CDA geen rol van betekenis meer speelt in de landspolitiek?

Prof. Van den Belt: „Ik beschouw het geestelijk klimaat anno 2012 niet alleen negatief. De samenleving en de cultuur hebben zeker een Gode vijandige kant. VVD en PvdA zijn op immaterieel gebied D66-light. Het immateriële is een van de verbindende schakels tussen de partijen. Maar anderzijds is er dankzij Gods algemene genade nog veel goeds. Ook in niet-christelijke partijen. Dat moeten we blijven benoemen.

Ook alle besluiten op immaterieel terrein gaan niet altijd bergafwaarts. Als voorbeeld noem ik de bestrijding van kinderporno. Daar dacht Nederland twintig jaar geleden heel wat liberaler over dan nu. Je ziet langzamerhand ook het taboe op een inhoudelijk debat over abortus verdwijnen, maar dat is nog in een pril stadium. Het is dus wel donker, maar er heerst geen diepe duisternis.

Waar ik me zorgen over maak, is het zogeheten bandwagon-effect in de politiek waarbij burgers massaal achter een winnende politicus aanlopen. Dat heeft grote invloed op de legitimiteit van de overheid. Bij de laatste verkiezingen was de PvdA groot, maar als de verkiezingen drie weken eerder hadden plaatsgevonden, was de SP de grootste linkse partij geweest. En hoe zal het nu ruim zeven weken na de verkiezingen zijn? Kiezers zijn gevoelig voor populisme en stemmen steeds vaker strategisch. Er is blijkbaar geen gevoel meer voor de noodzaak van stabiliteit. Er is te weinig waardering voor politici met een sterk bestuurlijke inslag.”

Prof. Den Hertog: „Het is 1700 jaar geleden dat keizer Constantijn christen werd en de kerk al spoedig in een bevoorrechte positie terechtkwam. In onze dagen maken we het einde van dit constantijnse tijdperk mee. We zullen deze klimaatverandering steeds meer gaan merken. Het zal erop aankomen duidelijk te maken dat het christelijk geloof niet een soort beschavingsoffensief is, maar een boodschap van heil, vergeving en redding.”

Hoe komt het dat niet-confessionele politiek is verworden tot anticonfessionele politiek?

Prof. Van den Belt: „Ik onderschrijf niet zomaar de stelling dat niet-confessionele partijen per definitie anticonfessionele partijen zijn. Begin vorige eeuw waren de verschillen tussen liberalen en socialisten enerzijds en christenen anderzijds ook al groot. De krachtsverhoudingen liggen nu anders.

Op één punt zie ik wel duidelijk een verschil. We groeien richting de Franse laïcité; waarbij er een scherper onderscheid bestaat tussen religie en politiek. In Frankrijk is die scheiding helemaal scherp, maar Nederland is vanouds een land waar levensbeschouwelijke organisaties de ruimte krijgen. Als die Franse scheiding tussen religie en politiek sterker wordt, kan dat grote gevolgen hebben voor levensbeschouwelijke organisaties.”

Prof. Den Hertog: „We zullen als christenen allereerst de hand in eigen boezem moeten steken. Hebben wij er in ons politieke handelen alles aan gedaan dat Gods naam om ons niet wordt gelasterd, maar geëerd en geprezen? Daarnaast is Jezus’ gelijkenis van het lege huis sprekend: als het christen-zijn alleen een kwestie is van normen en waarden hoeft het ons niet te verbazen als de boze de samenleving herovert.”

Welke strategie dienen christenen te kiezen?

Prof. Van den Belt: „In ieder geval niet de moed verliezen. De Heere regeert. Wat het CDA betreft zou ik niet durven stellen dat zijn rol is uitgespeeld. Een charismatisch leider die aansluiting vindt bij de rooms-katholieke kiezers in het zuiden kan het CDA in deze tijd zomaar weer veertig zetels bezorgen. Ik sluit niet uit dat het CDA dit keer ook kiezers heeft verloren door het misbruik van kinderen door roomse geestelijken.

Maar stel dat het CDA zou besluiten de C niet te laten verwateren –zoals nu lijkt te gebeuren–, maar het christelijk karakter weer zou accentueren, dan kan er in de toekomst zomaar meer samenwerking met ChristenUnie en SGP ontstaan. Voor dit moment zou er al veel zijn gewonnen als de partijen elkaar niet zagen als concurrenten, maar als collega’s. Ik hoop dat er weer samenwerking komt tussen ChristenUnie en SGP in het Europees Parlement. Samenwerking tussen SGP en CDA is nu niet reëel. Afgelopen week stemde de partij nog zonder morren in met de wet die het lesbisch ouderschap regelt. Laat het CDA maar goed luisteren naar de jongerenorganisatie, het CDJA. Die laten een conservatief geluid klinken.”

Prof. Den Hertog: „Is het CDA een partij die zich metterdaad laat gezeggen door Gods beloften en geboden? Dezelfde vraag mag overigens bij ChristenUnie en SGP gesteld worden. Als een partij zich daadwerkelijk laat aanspreken en leiden door de boodschap van de Heilige Schrift en het geloof in Christus mag ze haar macht en ‘succes’ aan God overlaten. Sterker nog: als partijen hun strategie laten bepalen door die vraag, zijn ze al overgegaan op een ander spoor.”

Is er nog toekomst voor de christelijke politiek is ons land? Of moeten we terug achter Luther: Geen aardse macht begeren wij?

Prof. Van den Belt: „Een christen heeft een taak en een verantwoordelijkheid in deze samenleving. Zolang het mogelijk is, moet hij die op zich nemen. We hebben een erfenis ontvangen die we moeten doorgeven aan de komende generatie. Maar wel in het besef dat het Koninkrijk van God niet van deze wereld is.”

Prof. Den Hertog: „Christenen hebben als hoge taak om in het publieke domein God meer te gehoorzamen dan de mensen. Daarbij mogen ze weten dat Christus niet alleen alle macht heeft in hemel en op aarde, maar ook werkzaam is in deze wereld en de geschiedenis voortstuwt naar Zijn Koninkrijk. De vraag of christenen zich in christelijke partijen organiseren, is daaraan ondergeschikt.”

Dit is de vierde en laatste aflevering van een serie over het regeerakkoord dat VVD en PvdA maandag presenteerden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer