Opkomende markten stuwen groei Unilever
ROTTERDAM (ANP) – Unilever heeft in het derde kwartaal een forse omzetgroei geboekt, vooral dankzij een sterke vraag vanuit de opkomende markten. De divisie persoonlijke verzorging stuwde de verkopen. De voedingstak, waar de nadruk ligt in Europa en de Verenigde Staten, bleef juist achter. Dat bleek uit cijfers die donderdag naar buiten kwamen.
De omzet over het derde kwartaal kwam uit op 13,4 miljard euro. De zogenoemde onderliggende omzetgroei, exclusief valuta-effecten en overnames, bedroeg 5,9 procent. In de opkomende markten was dat ruim 12 procent. De resultaten liggen boven de verwachting van analisten.
De Foods-divisie zag de onderliggende omzet met 0,4 procent dalen. Dat werd gecompenseerd door sterke groei in de segmenten Personal Care (onderliggend 8 procent) en Home Care (11 procent). De tak die ijs en (fris)dranken verkoopt, boekte een onderliggende omzetgroei van 6,8 procent. De ijsverkoop liep dit jaar beter dan in 2011.
Financieel topman Jean-Marc Huët zei in een toelichting dat de economische situatie in de ontwikkelde markten slecht blijft. Dat heeft inmiddels ook gevolgen voor de opkomende landen, aldus Huët.
Volgens de bestuurder is de prestatie van de Foods-divisie, die een moeilijke vergelijkingsbasis heeft ten opzichte van het derde kwartaal van 2011, niet slecht. In de afgelopen 9 maanden groeide de divisie met 2 procent, liet Huët weten. Hij sprak van een „niet slechte prestatie” in het westen en noorden van Europa en van een „lichte stabilisatie” in Spanje.
Het concern zegt zich aan te passen aan de verminderde koopkracht van Europese consumenten, zoals in Griekenland. Daarvoor introduceert Unilever onder meer goedkopere varianten van producten en kleinere verpakkingen. Een van de gevolgen is dat de onderliggende prijsontwikkeling die Unilever rapporteert in Europa is geslonken met 1,2 procent.
Unilever heeft behalve met een moeilijke economische situatie ook te maken met hogere en volatiele grondstofprijzen. Dit zal de komende tijd niet veranderen, liet Huët weten.