Opinie

Reformatie en secularisatie: een moeizaam argument

Is de Reformatie een oorzaak van de secularisatie in het Westen?

Dr. Aza Goudriaan
20 October 2012 09:04Gewijzigd op 14 November 2020 23:50
Foto EPA
Foto EPA

In 1990 publiceerde Alan Kors een studie over atheïsme in Frankrijk in de zeventiende eeuw. Daarin verdedigt hij de stelling dat juist de christelijke bestrijders van het atheïsme bijdroegen aan de verbreiding ervan. Er waren volgens de ondertitel van zijn boek „orthodoxe bronnen van het ongeloof.” Anno 2012 verdedigt de Amerikaanse rooms-katholieke historicus Brad Gregory een soortgelijke paradox over de Reformatie. De Reformatie staat bekend als een beweging die als doel heeft kerk en geloofsleven conform Gods wil te hervormen. Maar juist deze Reformatie zou volgens Gregory onbedoeld de weg hebben gebaand voor de secularisatie. Gregory, die hoogleraar is aan de University of Notre Dame, schreef er een lijvig boek over, getiteld ”The Unintended Reformation: How a Religious Revolution Secularized Society”.

Op een uitstekend gedocumenteerde manier analyseert Gregory ontwikkelingen in het denken van de late middeleeuwen tot op de dag van vandaag. Zijn betoog wisselt geschiedschrijving af met cultuurkritische beschouwingen. Die laatste kunnen ook interessant zijn voor wie de these over de Reformatie een misser vindt.

De uiteindelijke wortel van de westerse secularisatie is volgens Gregory de protestantse breuk met het gezag van de kerk van Rome en de aanvaarding van de Bijbel alleen (“sola Scriptura”) als de beslissende gezagsinstantie. De breuk met Rome bracht een verdeeldheid teweeg die door het ”sola Scriptura” nog verder toenam, want protestanten konden het onderling niet eens worden over de betekenis van de Bijbel. Het pluralisme dat de Reformatie zichtbaar maakte, riep uiteindelijk, via omwegen en tegen de beste reformatorische intenties in, de reactie op van secularisatie.

Dat kon zo gebeuren omdat het reformatorische pluralisme de weg vrijmaakte voor de doorwerking van laatmiddeleeuwse ideeën van Duns Scotus en Ockham waarin per saldo God terzijde geschoven werd. Over Duns Scotus is Gregory’s analyse onduidelijk en vermoedelijk ook niet bewijskrachtig genoeg, maar het is van belang om te zien dat in zijn visie ook katholieke denkers van vóór de Reformatie medeverantwoordelijkheid dragen voor de secularisatie van later.

Hyperpluralisme

Gregory besteedt telkens een apart hoofdstuk aan een aspect waarin hij een seculariserende doorwerking van het protestantse pluralisme ziet. Om te beginnen is de geloofsverdeeldheid uit het verre verleden volgens hem „de belangrijkste historische bron van het westerse hyperpluralisme met betrekking tot de levensvragen.” Het ”sola Scriptura” leverde geen eenstemmigheid op. Daarna probeerde men door ”de rede alleen” consensus te bereiken. Dat mislukte en het relativisme van vandaag geeft nergens meer om. Die ontwikkeling van geloofsverdeeldheid naar hyperpluralisme vormt de kern van Gregory’s argument.

De andere aspecten die Gregory benoemt (de staatsmacht, de ethiek, het kapitalisme en de kennis) hebben echter nauwelijks directe aanknopingspunten in de Reformatietijd zelf. Volgens Gregory maakte de leerstellige verdeeldheid de protestanten afhankelijk van de burgerlijke overheid. De staat kreeg zeggenschap over de kerk en kon op termijn de politiek losmaken van godsdienstige overwegingen. Het bezwaar van dit argument is dat in de zestiende eeuw zowel reformatoren als staten juist een politiek mét godsdienstige dimensie wilden.

Wat de ethiek betreft, leidde verdeeldheid volgens Gregory op den duur tot een subjectieve moraal waarbij men niet meer sprak over deugden en het goede, maar over individuele rechten die, in het huidige hyperpluralisme, ieder voor zich mag invullen. Deze vlieger gaat echter nauwelijks op. Alleen al het ”sola Scriptura” laat zien dat de Reformatie ook de ethiek op een algemeen geldige manier juist buiten de individuele mens wilde verankeren.

Gregory’s bespreking van het kapitalisme laat ik hier liggen. Ook de „secularisatie van kennis” is volgens hem uiteindelijk afgeleid van de godsdienstige meningsverschillen uit de tijd van de Reformatie. De Reformatie verwierp het gezag van de kerk van Rome. Daardoor ontmantelde zij, aldus Gregory, een omvattend „raamwerk voor de integratie van kennis” en „problematiseerde zij op een dramatische en blijvende manier de relatie van de theologie tot andere soorten van kennis.” Dit argument botst met belangrijke feiten. Het bleek zeer goed mogelijk om het gezag van Rome af te wijzen zonder een samenhangend raamwerk van kennis als zodanig op te geven. Zie bijvoorbeeld publicaties van gereformeerden als Danaeus, Alsted, Voetius of boeken van hun tijdgenoten over Bijbelse fysica en christelijke rechtsgeleerdheid.

Ernstige gevaren

Gregory’s belangrijkste stelling is dus: de geloofsverdeeldheid van de Reformatietijd baande de weg voor het geseculariseerde hyperpluralisme van vandaag. Hoe dat precies kon gebeuren, blijft nogal onduidelijk. Gregory geeft zelf toe dat „de invloed van de Reformatie op de uiteindelijke secularisatie van de maatschappij complex was, grotendeels indirect, verre van onmiddellijk en totaal onbedoeld.” Blijkbaar zijn de intenties van de Reformatie alleen met de secularisatie te verbinden als ze van een andere inhoud of richting voorzien worden. Als er zo veel voorbehouden nodig zijn, is het nauwelijks nog inzichtgevend om een verband te leggen tussen Reformatie en secularisatie.

Intussen is het een feit dat de Reformatie een situatie van confessionele verdeeldheid bracht die doorwerkte in kerk, politiek, wetenschap en cultuur. Het is niet plausibel om deze confessionalisering als een duidelijke route naar secularisatie te interpreteren. Wie de ”Gereformeerde dogmatiek” van Herman Bavinck ter hand neemt, kan zelfs over „ernstige gevaren” lezen die de protestantse belijdenis van de duidelijkheid van de Bijbel met zich bracht: „Het Protestantisme is er hopeloos door verdeeld.” Toch verdedigt Bavinck het protestantse standpunt en neemt hij de verdeeldheid op de koop toe. Rome is niet zo eensgezind als het misschien lijkt, er was in 1054 al een groot schisma, en schijnbare harmonie werd soms door repressie bereikt. En het geweten van de Bijbellezer is onderworpen aan God, niet aan kerk of paus.

Dr. Aza Goudriaan, universitair docent aan de faculteit der godgeleerdheid van de Vrije Universiteit. Heeft u een vraag voor deze rubriek of wilt u reageren? weerwoord@refdag.nl


Verder lezen over dit onderwerp

Brad Gregory, The Unintended Reformation: How a Religious Revolution Secularized Society, Harvard University Press, Cambridge Mass., 2012.

Carl Trueman “Pay no Attention to That Man Behind the Curtain! Roman Catholic History and the Emerald City Protocol”

Herman J. Selderhuis, “Alles schuld van de Reformatie”, Radix, (nog te verschijnen).

Wolfhart Pannenberg, Christentum in einer säkularisierten Welt, Freiburg: Herder 1988, hoofdstuk 1.

Herman Bavinck, Gereformeerde Dogmatiek, deel 4, vijfde druk, Kampen 1967, p. 449-450.

Meer over
Weerwoord

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer