Vuurwerkhandel eist helderheid over opslag
Het ministerie van VROM moet duidelijkheid geven over de beoogde plaatsen voor vuurwerkopslag.
De Vereniging Evenementenvuurwerk Nederland (VEN) liet in een brief aan het ministerie eind vorige week weten dat ze interesse heeft voor een centrale opslag, maar dat er nog te veel vragen zijn over onder meer regelgeving en kosten. Bovendien pleit ze voor een opslag in de Flevopolder in plaats van de aangewezen locaties in Kollumerwaard en Ulicoten (gemeente Baarle-Nassau).
Dat liet een VEN-woordvoerder dinsdag weten. De vuurwerkbedrijven moesten voor maandag aangeven of ze akkoord gingen met de opslag in Friesland en Noord-Brabant. Aangezien er nog veel onzekerheid bestaat over de randvoorwaarden bij deze locaties, vroeg de vereniging verduidelijking bij de overheid. Tot dusver heeft het ministerie nog niet op de brief gereageerd, aldus de zegsman.
Sinds de ramp in Enschede, ruim drie jaar geleden, zijn de regels omtrent vuurwerkopslag een stuk strenger geworden. De opslag van evenementenvuurwerk moet zich ten minste 800 meter buiten de bebouwing bevinden. Door deze regel zijn veel vuurwerkbedrijven naar Duitsland uitgeweken. Andere halen sinds maart hun voorraad uit het buurland. Officieel mogen de Nederlandse bedrijven tot 1 maart 2004 vuurwerk opslaan, maar als ze de opslag voor maart dit jaar leegden, kregen ze de volledige saneringskosten vergoed, aldus de woordvoerder.
Het gevolg is dat er momenteel veel meer kilometers extra worden afgelegd met gevaarlijke stoffen. Volgens de VEN zullen de locaties in Kollumerwaard en Ulicoten dit probleem niet oplossen, omdat de meeste vuurwerkbedrijven in het midden van het land zitten. Een opslagplaats in de Flevopolder, mogelijk in de omgeving van Dronten, biedt meer perspectieven. „Bovendien voldoet het aan de afstandseisen en is er grond beschikbaar”, stelt de woordvoerder.
Volgens hem leidt de aanhoudende onduidelijkheid van de overheid ertoe dat de opslagplaatsen niet voor 2007 operationeel zijn. Tot die tijd zal het vervoer via Duitsland moeten gaan. Het is voor de vuurwerkbedrijven geen optie om het werk tot die tijd te staken. „Als je een bedrijf drie jaar stillegt, is het er niet meer. We hebben geen keus.”
De gemeente Kollumerland, waar Kollumerwaard onder valt, heeft overigens voor de zomer aan het ministerie laten weten dat ze de komst van een vuurwerkopslag niet ziet zitten. De locatie grenst namelijk aan Nationaal Park Lauwersmeer.
Ook de gemeente Baarle-Nassau zit niet te wachten op een opslagplaats in Ulicoten. Ze wacht bovendien al geruime tijd op een reactie van het ministerie waarin meer duidelijkheid wordt gegeven over de voorwaarden die de gemeente heeft gesteld.
Het ministerie van VROM zegt dat er wel degelijk gesprekken zijn met de betrokken partijen. „Daarin zijn duidelijke afspraken gemaakt en voor ons zijn de zaken nu duidelijk en helder”, aldus een woordvoerder. Volgens hem komt het besluit er op korte termijn.
Overigens staat het ministerie niet afwijzend tegenover de door de VEN aangedragen locatie in de Flevopolder. Volgens de zegsman moet zij de argumenten hiervoor wel beter onderbouwen en moet worden gekeken of de plek voldoet aan de vereiste criteria.
De vuurwerkbedrijven die voor maandag hebben laten weten dat ze bereid zijn naar een centrale opslagplaats te verhuizen, hoeven volgens de woordvoerder niet voor 1 maart 2004 hun opslag leeg te maken. „Zij krijgen uitstel en hoeven dus niet hun vuurwerk uit Duitsland te halen.”