De Geus: 2004 is keerpunt in sociale zekerheid
Er gaan „ingrijpende keuzes” plaatsvinden in de sociale zekerheid. WW, WAO, VUT, (pre)pensioen en bijstand gaan flink op de schop.
„Het is best moeilijk”, zegt minister De Geus (Sociale Zaken en Werkgelegenheid), „maar het leidt tot herstel van de werkgelegenheid en meer solide sociale stelsels in de toekomst. De ingrepen kunnen plaatsvinden omdat zich momenteel een breed maatschappelijk gedragen nu-of-nooitsituatie voordoet”, taxeert de bewindsman.
Hij noemt 2004 „een keerpunt in de sociale zekerheid.” Wat staat er dan op stapel? In elk geval moet iedereen die niet werkt zo veel mogelijk aan de bak. „Wie kan meedoen, moet meedoen. Werk gaat voor alles”, luidt de slogan van De Geus (CDA). Daarom gaan de drempels voor een WAO- en WW-uitkering omhoog en verdwijnen aantrekkelijke regelingen om eerder te stoppen met werken.
De ingrepen gaan wat De Geus betreft samen op met loonmatiging, zodat arbeid goedkoper wordt en er meer banen bij komen. De minister wil „er eerlijk in zijn” dat de koppeling van uitkeringen en lonen in het bedrijfsleven van tafel is.
Volgend jaar zijn alleen de ambtenarensalarissen bepalend voor de hoogte van de uitkeringen. De koppeling wordt hersteld als de verhouding tussen werkenden en niet-werkenden weer gunstiger is.
De herziening van het WAO-stelsel in 2006 levert het Rijk ruim 1 miljard euro op. Volledig arbeidsongeschikten krijgen een uitkering, gedeeltelijke arbeidsgehandicapten moeten blijven werken, anders volgt WW of bijstand.
Vanaf 1 juli volgend jaar krijgen alle WAO’ers een strenge herkeuring, waardoor zij de kans lopen weer (deels) aan het werk te moeten.
Om in aanmerking te komen voor de WW moeten werklozen langer hebben gewerkt, terwijl zij door het verdwijnen van de vervolguitkering eerder in de bijstand belanden.
Om te bereiken dat ouderen langer aan het werk blijven, moeten werkgevers gaan meebetalen aan de uitkering van werknemers ouder dan 57,5 jaar die in de WW belanden. Om dezelfde reden vervalt de fiscale steun voor regelingen voor VUT en pre-pensioen. Verder keert de sollicitatieplicht voor mensen van 57,5 jaar en ouder terug.
De levensloopregeling, een vinding van het CDA, treedt op 1 januari in werking, liet De Geus weten. Iedere werknemer kan jaarlijks maximaal 12 procent van het brutoloon opzijzetten om te sparen voor zorg-, studie- en ouderschapsverlof, een sabbatical en ook deeltijdpensioen. Er mag tot anderhalf jaarloon worden opgepot.
Alle ingrepen samen zorgen ervoor dat iedereen er in 2004 tussen 0 en 1 procent in inkomen op achteruitgaat. Alleen de modale en halfmodale inkomens met kinderen krijgen meer in hun portemonnee.
Ouderen met een laag inkomen en chronisch zieken wil het kabinet ontzien met inkomensaanvullende maatregelen. „Een eerlijke en evenwichtige verdeling”, zo verdedigt De Geus het koopkrachtplaatje.