Nobelprijs Scheikunde: portiers en sleutels
AMSTERDAM (ANP) – Wat hebben de Amerikanen Robert Lefkowitz en Brian Kobilka nou eigenlijk ontdekt wat een Nobelprijs voor de Scheikunde rechtvaardigt? Professor chemische biologie Luc Brunsveld van de Technische Universiteit Eindhoven legt uit: „Stel je voor, je gaat naar een gebouw omdat je iemand die daar woont een boodschap wil doorgeven. Die boodschap vertel je aan de portier en die portier geeft de boodschap door. Wat de twee winnaars hebben ontdekt, is hoe die portier - het eiwit in de cel dus - eruitziet en wat hij precies doet.”
Hoe belangrijk die ontdekking is, blijkt wel uit het feit dat inmiddels een derde van de huidige medicijnen werkt op deze door Lefkowitz en Kobilka ontdekte moleculaire portier: G-eiwit gekoppelde receptoren genaamd. „Zij hebben een methode ontwikkeld om sensoren die op cellen zitten, te bestuderen. Dankzij hun onderzoeken weten we nu precies hoe die sensoren eruitzien en wat ze doen”, zegt Rob Leurs, professor medicinale chemie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam.
Op onze huid zitten heel veel sensoren die signalen en prikkels van buitenaf opvangen. Dat werpt bijvoorbeeld nieuw licht op hoe ons lichaam schrikt, maar ook op de manier waarop wij van een goede kop koffie genieten. En, doordat we weten hoe deze sensoren werken, kunnen daar veel beter medicijnen op ontwikkeld worden. „Zie een cel als een gesloten deur met een slot erop. De sensoren voelen wat de juiste sleutel is en laten het medicijn de deur open of op slot doen.” Omdat er ook nog wel eens niet goed passende sleutels zijn (ofwel: negatieve bijwerkingen bij medicijnen), wordt er momenteel veel onderzoek gedaan naar hoe deze bijwerkingen het beste verbannen kunnen worden.
Leurs was afgelopen weekeinde nog op een conferentie waar gesproken werd over G-eiwit gekoppelde receptoren. „Wereldwijd worden nu ongeveer 100 van deze verschillende sensoren onderzocht, maar er blijven nog zeker 500 over waarvan de werking onbekend is.” Tijdens de conferentie kwam ook de vraag aan de orde op welke manier bijvoorbeeld Europese subsidie aangevraagd kan worden voor vervolgonderzoek. „Die Nobelprijs komt op een perfect moment dus!”
Brunsveld en Leurs noemen het alle twee „volledig terecht” dat de prijs naar de Amerikaanse onderzoekers gaat. „Het is ongelofelijk belangrijk dat we weten hoe die eiwitten werken om meer van ons lichaam en ziekteproces te begrijpen”, aldus Brunsveld. Leurs vult aan: „Hoe kan het dat we zien, proeven, voelen? Door deze ontdekking begrijpen we daar meer van.”