Volgens de stadsarcheoloog maakt de vondst duidelijk hoe het gebouw in elkaar heeft gezeten. „De configuratie van de palen is volledig zichtbaar. Dat komt zelden voor van gebouwen uit de vroege Bronstijd. In West–Nederland zijn in kleigronden structuren van gebouwen gevonden uit deze periode, maar die structuren zijn niet geheel duidelijk en omstreden." Verder zijn sporen gevonden van tientallen boerderijen en bijgebouwen uit de Bronstijd en IJzertijd.

Volgens Groothedde zijn de sporen zo goed bewaard doordat in de Middeleeuwen bewoners van de Looërenk potstalmest hebben gebruikt. „Deze mest fungeert als een soort deken voor de sporen van prehistorische bebouwing."

In Zuid–Limburg zijn wel resten gevonden van oudere boerderijen, van circa 5500 voor Christus. „Hierbij ging het om landbouwers. In Zutphen is de boerderij bewoond door jagers en verzamelaars", zegt Groothedde.

De archeologische vondst op de Looërenk maakt deel uit van een grootschalig archeologisch onderzoek in dit gebied. In opdracht van de gemeente Zutphen is archeologisch bureau Beec uit Deventer al sinds 1990 bezig met onderzoek. De Looërenk is destijds aangewezen als Vinex–wijk waar de komende jaren duizenden woningen verrijzen. De nieuwbouw is in gang gezet. Het archeologische onderzoek leverde tot dusver een opgraving op van een middeleeuws buurtschap en een grafveld van circa 5000 jaar geleden.

Begin 2004 wil de gemeente Zutphen het archeologisch onderzoek afronden en de vondsten in een wetenschappelijke rapportage vastleggen.