Het Spaanse vliegtuig verloor op 29 augustus onderweg naar Schiphol plotseling het radiocontact met de luchtverkeersleiding. Daarop werd besloten het onder begeleiding van twee F-16’s aan de grond te zetten.

Uit het onderzoek van het OM, de Koninklijke Marechaussee en de luchtvaartpolitie, blijkt dat de drie aanwezige radiotoestellen functioneerden. Het probleem deed zich voor toen een kortdurende storing optrad op de radiofrequentie die op dat moment werd gebruikt. Dat komt echter vaker voor, aldus de onderzoekers. De piloten hebben verklaard dat ze de storing niet hebben gemerkt. „Dat is niet opmerkelijk, omdat er op dat moment geen redenen waren contact op te nemen met de luchtverkeersleiding”, aldus het OM in een verklaring op de website. Piloten en de luchtverkeersleiding hebben niet voortdurend contact, alleen op momenten dat er een instructie volgt vanuit de luchtverkeersleiding of op initiatief van de piloot.

Het onderzoek richtte zich verder op de afwijkende vliegbeweging die het toestel uit Malaga maakte. Doordat op dezelfde dag op Schiphol een bom uit de Tweede Wereldoorlog was gevonden, ontstond enig oponthoud op de luchthaven. Daardoor moesten piloten in de wacht, waarbij ze enkele keren een bocht naar rechts moesten maken. Het Vueling-toestel vloog echter eerst naar links. Naar nu blijkt, is dit veroorzaakt door de automatische piloot, die ervoor zorgt dat het vliegtuig zo efficiënt mogelijk op de gewenste koers komt. Aangezien het toestel al iets te ver was doorgevlogen, werd eerst een bocht naar links gemaakt om op de juiste route te komen. Vanaf dat moment vlogen de piloten wel volgens het wachtpatroon, luidt de conclusie van de onderzoekers.

De drie partijen hebben hiermee het onderzoek afgerond en hun gegevens beschikbaar gesteld aan de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Die heeft de Inspectie Veiligheid en Justitie gevraagd een evaluatie uit te voeren om eventueel lering te trekken uit de situatie. Hierin wordt ook meegenomen dat op enig moment in de cockpit Arabische muziek is gehoord, hoewel die volgens de NCTV geen doorslaggevende rol heeft gespeeld bij de afweging om voorzorgsmaatregelen te treffen.