Overheidstekort gedaald tot 4,2 procent
DEN HAAG (ANP) – Het overheidstekort is eind juni uitgekomen op 4,2 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Dat komt overeen met 25 miljard euro op jaarbasis Daarmee is het tekort iets lager dan eind vorig jaar, toen het 4,5 procent bedroeg. De staatsschuld bedroeg eind juni 68,2 procent van het bbp.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft dat vrijdag bekendgemaakt. Nederland voldoet met deze cijfers nog niet aan de Europese begrotingsnorm. Die schrijft een tekort voor van hooguit 3 procent. De staatsschuld mag volgens de EU-regels niet meer dan 60 procent van het bbp bedragen.
Het overheidstekort op jaarbasis nam af doordat de inkomsten meer groeiden dan de uitgaven. Vooral de opbrengsten uit loonbelasting en sociale premies zijn in de eerste helft van dit jaar gestegen. Ook ontving de overheid meer inkomsten uit dividend van De Nederlandsche Bank en uit aardgasbaten. De overheidsinkomsten zijn nu terug op het niveau van 2008, het begin van de financiële crisis.
De uitgaven van de overheid zijn vanaf begin 2010 stabiel gebleven op circa 300 miljard euro. Dat is 25 miljard hoger dan aan het begin van de crisis. De sociale uitkeringen en vooral de zorguitgaven bleven in de eerste helft van dit jaar stijgen. Daar stonden lagere investeringen en lagere loonkosten tegenover. Ook de bezuiniging op de kinderopvangtoeslag droegen bij aan het terugdringen van het overheidstekort.
Van dit tekort werd twee derde veroorzaakt door het Rijk, een kwart door de sociale fondsen, zoals het WW-fonds, en een tiende door de lokale overheden, zoals de gemeenten. De sociale fondsen worden voor 85 procent gefinancierd uit premies en voor 15 procent uit bijdragen van het Rijk. Zonder die rijksbijdragen zouden de sociale fondsen verantwoordelijk zijn voor het hele overheidstekort van 25 miljard euro.