Liefdesbrieven Goebbels onder de hamer
STAMFORD – Een Amerikaanse veilinghuis wil morgen persoonlijke documenten van de naziminister van Propaganda Joseph Goebbels verkopen. Het proefschrift van de nazi hoort daarbij, maar ook liefdesbrieven. Critici noemen het immoreel.
Het handschrift is uiterst nauwkeurig, bij het enge af. Nergens is er uitgeschoten met de pen. Een grafoloog kan niet anders dan concluderen dat de schrijver van orde hield.
Bijna zeventig jaar na diens dood biedt het veilinghuis Alexander Historical Auctions in de Verenigde Staten privédocumenten van de vroegere naziminister aan: taalopstellen, gedichten en warempel ook liefdesbrieven. Morgen komen ze in Stamford, in de staat Connecticut, onder de hamer.
„De documenten zijn van een onschatbare waarde, want ze tonen hoe de schuchtere en van liefde dronken Goebbels radicaliseerde”, aldus de directeur van het veilighuis, Bill Panagopulos, eerder deze week tegenover Amerikaanse dagbladen.
De oudste documenten stammen uit de jeugd van de in 1897 geboren Goebbels. De verzameling loopt door tot 1924, toen hij lid werd van de NSDAP.
Delen van zijn politieke dagboek worden geveild, maar ook zijn proefschrift ”Wilhelm von Schultz als dramaturg” waarmee hij op 21 april 1921 aan de Ruprecht-Karls Universiteit in Heidelberg promoveerde. Ook zeer nette gedichten komen onder hamer: „Hem gaat het goed die thuis bij de haard stil zijn geluk in vrede vindt, wiens leven en wiens werk op tevredenheid zijn gegrond.” Maar er zijn ook meer dan honderd brieven uit de correspondentie met Anka Stalhern, de eerste grote liefde van Goebbels. De psychiater Peter Gathmann heeft in zijn boek ”Narcist Goebbels” uit deze liefdesbrieven geciteerd. Toen Anka hem in 1920 had verlaten, toonde de latere minister zijn extreme trekken.
In zijn laatste brief aan Anka schrijft hij: „Als ik je nu bij me had zou ik je vastgrijpen en dwingen mij lief te hebben, al was het maar voor een moment, en daarna zou ik je doden.” De papieren geven ook details over Goebbels’ relatie met Else Janke, een jonge gymnastieklerares uit zijn geboortestad Rheydt. In 1922 vertelde Janke dat zij half-Joods was. Goebbels in zijn dagboek: „Ze vertelde mij haar wortels. Sindsdien kan ze mij niet meer bekoren.”
Het veilinghuis verkoopt de documenten in opdracht van een Zwitserse onderneming die onbekend wenst te blijven. Panagopulos verwacht een opbrengst van meer dan 200.000 dollar. Een deel daarvan wil hij schenken aan een Joods monument.
De vicevoorzitter van de Amerikaanse Vereniging van Joodse Holocaust Overlevenden Menachem Rosensaft vindt dat de papieren in een archief horen en vreest dat ze via de veiling in verkeerde handen komen.