Aanslagen 11 september wereldwijd herdacht
In de hele wereld hebben mensen donderdag op hun eigen manier stilgestaan bij de aanslagen van 11 september 2001. Op de ene plek werd herdacht met stil gebed, op een andere plek met strijdvaardige uitspraken over de voortzetting van de mondiale strijd tegen het terrorisme.
In Australië plantten honderden Amerikaanse immigranten samen met Australische sympathisanten in een park in Sydney 3.000 bomen voor de slachtoffers van de aanslagen, onder wie ten minste tien Australiërs. De Australische premier John Howard zei ervan overtuigd te zijn dat de strijd tegen het terrorisme nog wel even zal voortduren. ‘Niemand kan beweren buiten de greep van het terrorisme te leven. We moeten een manier vinden om nog beter samen te werken, vooral op het gebied van politie– en inlichtingenzaken’, aldus Howard.
Ook Rusland sprak zich uit voor voortzetting van de wereldwijde strijd tegen het terrorisme, daarbij refererend aan zijn eigen strijd tegen de toenemende Tsjetsjeense terreuracties in het land. Bij Tsjetsjeense aanslagen in de Kaukasus en in Moskou zijn de afgelopen maanden zo’n 150 Russen omgekomen. ‘Rusland weet wat terrorisme is, het heeft een bloedige tol geëist in de noordelijke Kaukasus en andere Russische regio’s’, zei de Russische ambassadeur in Washington Joeri Oesjakov. ‘Daarom begrijpen wij het verdriet zo goed dat de Amerikanen vandaag voelen.’
In de Britse hoofdstad Londen opende prinses Anne bij de Amerikaanse ambassade een tuin ter nagedachtenis aan de 67 Britten die bij de aanslagen op het World Trade Center in New York om het leven kwamen. In de tuin werd eerder een verwrongen stuk staal van het WTC begraven, symbolisch voor de slachtoffers van wie veel Britse families nooit de stoffelijke overschotten hebben teruggekregen.
Amerikaanse soldaten, gestationeerd in de hele wereld, herdachten de aanslagen op verschillende manieren. Op de Amerikaanse marinebasis Yokosuka bij de Japanse hoofdstad Tokyo, legden Amerikaanse mariniers een krans ter herdenking van de ruim 3.000 doden. In Bagdad hielden de hoogste Amerikaanse bestuurder in Irak Paul Bremer en de commandant van de Amerikaanse troepen Ricardo Sanchez samen met zo’n honderd militairen en burgers een minuut stilte. Op de luchtmachtbasis Bagram in Afghanistan hielden Amerikaanse troepen een korte ceremonie, waarop een Amerikaanse trompettist de ’last post’ en een Canadese doedelzakspeler Amazing Grace speelde.
In Brussel spraken de vijftien lidstaten van de Europese Unie gezamenlijk hun ‘diepe solidariteit’ uit met de Verenigde Staten en andere landen die zijn getroffen door terrorisme. De EU zei de terreur ‘met grote vastberadenheid’ en met de ‘breedst mogelijk internationale samenwerking’ te willen bestrijden. De herdenkingsceremonie op het EU–hoofdkantoor in Brussel voor de aanslagen van twee jaar geleden werd nog somberder door het nieuws over de dood van de Zweedse minister van buitenlandse zaken Anna Lindh. ‘Twee jaar geleden waren we allemaal Amerikanen. Vandaag zijn we, denk ik, allemaal Zweden’, zei de Franse europarlementariër Jean–Louis Bourlanges. Ook secretaris–generaal van de NAVO George Robertson, op bezoek in Denemarken, legde een verband tussen de aanslagen in de VS van twee jaar geleden en de moord op Lindh. ‘De wereld is, met gruwelijke ironie weer op 11 september, een erg belangrijke pleitbezorger van een betere en veiligere wereld kwijtgeraakt’, zei hij.
In India, dat lijdt onder het terrorisme van moslimseparatisten, werd 11 september gebombardeerd tot antiterrorismedag. In de stad Multan in Midden–Pakistan brandden zo’n honderd leerlingen van een kleine christelijke school kaarsen en hielden een minuut stilte voor de slachtoffers die twee jaar geleden vielen.
In Zuid–Korea en Maleisië was 11 september alleen een dag van meer waakzaamheid bij de politie en het leger. In Zuid–Korea werd vliegvelden, legerbases en ambassades extra beveiligd. In de Maleisische hoofdstad Kuala Lumpur werd bij bezoekers van de twee hoogste gebouwen ter wereld, de Petronas Twin Towers, de bagage gecontroleerd.