Brute moord op broer bracht ommekeer bij Zito
LEUVEN – De brute moord op zijn broer in de metro van Londen bracht de 30-jarige Christopher Zito weer terug naar God. Hij zag zijn twee jaar jongere broer voor zijn eigen ogen sterven. De week erop ervoer hij een ongekende vrede met God. Zito werd predikant en ging werken aan een Bijbelinstituut in Rome. Deze week promoveerde hij aan de Evangelische Theologische Faculteit (ETF) in Leuven (Heverlee).
Zito werd in de wijk Bronx in New York geboren, in een rooms-katholiek milieu. Hij was zeven jaar toen hij voor het eerst met kerk en Evangelie in aanraking kwam. Op 13-jarige leeftijd liet hij zich dopen. Een bewuste daad, zegt hij. Maar toen hij ongeveer achttien was, ging het mis. „Ik had de klassieke vragen van die leeftijd over wat waarheid is en niet. Mijn voorganger was een beetje liberaal, maar iets, maar ik greep het aan om afscheid te nemen van het geloof en van God.”
De moord op zijn broer door een geestelijk gestoorde –hij stak met een schroevendraaier–, vlak voor Kerst, veranderde zijn leven ingrijpend. Tijdens de voorbereiding op de begrafenis van zijn broer ervoer hij op een krachtige wijze Gods vrede, zegt hij. „Het leek wel een mantel die over mij heen gelegd werd. Dat duurde anderhalve dag. God stelde mij de vraag aan Wie ik nu liefde moest bewijzen nu mijn broer er niet meer was. Ik kwam weer terug bij God.”
Zending
Zito startte in Rome een ”bed and breakfast”, maar het verlangen om in Gods Koninkrijk te dienen kreeg de overhand. Hij ging werken als jeugdpredikant bij een plaatselijke kerk in het Italiaanse Siena (een open Plymouth Brethrengemeenschap) en besloot een bachelor te halen aan het Evangelisch Bijbelinstituut (Istituto Biblico Evangelico Italiano) in Rome. Daarna zette hij zijn studie voort aan de ETF in de vorm van een masterprogramma. Zijn afstudeeronderwerp was de profetie van Christus in het Oude Testament.
Zito ging vervolgens met zijn (Franse) vrouw Virginie terug naar de Verenigde Staten. „We vroegen aan God of Hij niet een deur wilde openen om missionair werk te verrichten in Italië. Na een maand werd die deur geopend. De Rutherford Bible Chapel in Rutherford, in New Jersey, bood ons de gelegenheid om als zendingsechtpaar in Italië te werken. Het was een kerk van de Brethren die we niet kenden en omgekeerd kenden ze ons niet. We zagen dit verzoek duidelijk als Gods hand, want we gingen naar de Verenigde Staten zonder enig contact met kerken – maar God verhoorde ons gebed.”
Zito is nu voorganger van een kerk in Nettuno, vlak bij Rome, en doceert systematische theologie aan het Bijbelinstituut in Rome. Zijn gemeente groeide de afgelopen jaren van dertig naar vijftig leden. „Geen slecht aantal voor Italiaanse begrippen”, zegt hij. „We zien de groei als het duidelijke werk van de Geest. In de zes jaar voordat we er kwamen, stagneerde de groei van de kerk. We zien nu in onze gemeente een toenemende rijpheid en diepte.”
Promotie
Zito’s promotie gaat over de rol van de kerk als „mystieke gemeenschap”, waarbij hij de opvattingen van de in Amerika geboren evangelische theoloog James K. A. Smith (1970) vergelijkt met de oosters-orthodoxe theoloog Johannes Zizioulas (1931). Kern van het proefschrift is dat Zito de kerk primair als geestelijke gemeenschap ziet, die een belangrijke rol speelt in de interpretatie van de Schrift. Daarbij typeert Zito de kerk als een nieuwe schepping, een door de verlossing in Christus aangebroken nieuwe werkelijkheid.
In zijn proefschrift corrigeert Zito Smith aan de hand van Zizioulas. „Smith loopt het gevaar de schepping als zodanig goed te noemen en in filosofische zin vooral als eindig te beschouwen. Hij staat onder sterke invloed van de zijnsleer van Heidegger. Er is bij hem te veel continuïteit tussen schepping en God. Zizioulas ontkent echter dat de schepping zonder de tussenkomst van God goed is en heeft veel meer oog voor de discontinuïteit vanwege de zonde. Hij legt de nadruk op het feit dat de schepping uit het niets is voortgekomen en dat de schepping zonder de blijvende tussenkomst van God ook weer tot niets dreigt te worden.”
Een aan het hoofdthema verwant onderwerp is de vraag naar de verhouding van de zonde en de schepping. Zito beschouwt de schepping als goed voorzover deze door God geschapen is en gezien wordt vanuit het perspectief van de verlossing in Christus. „Ondanks het feit dat de zonde de schepping heeft bedorven, blijft zij wel Gods schepping, die terug te voeren is op een daad van Gods liefde en vrijheid. De schepping is niet totaal bedorven, al draagt zij door de zonde van Adam wel de gevolgen van de zonde.”
De benadering van de kerk als nieuwe schepping heeft volgens Zito als voordeel dat het institutionele en het geestelijke aspect van de kerk bij elkaar gehouden kunnen worden. „Enerzijds is de kerk een historische werkelijkheid, die in deze wereld haar vorm vindt, anderzijds is zij deel van een geestelijke gemeenschap die teruggaat naar de eerste Bijbelschrijvers en die uiteindelijk verwijst naar de wederkomst. De kerk als mystieke gemeenschap overstijgt de instituties dankzij de geestelijke band tussen de verlosten die alle tijden en plaatsen overstijgt.”
Italië
Zito staat voor de uitdaging om zijn nogal in theologisch jargon geschreven werk in Italië in praktijk te brengen. Het land is weinig bekend met evangelischen of protestanten. „Evangelischen vormen in Italië een minderheid van nog geen 0,2 procent. De meeste Italianen zijn rooms-katholiek, maar dat is niet meer dan een vorm van volkskatholiciteit. De Rooms-Katholieke Kerk behoort tot hun cultuur. Ze weten nauwelijks iets af van evangelischen en stellen die gemakshalve soms gelijk aan Jehova’s Getuigen. Het is gelukkig niet zo erg als zestig jaar geleden, toen evangelischen nog in de gevangenis werden gegooid. Als Italianen in een protestantse dienst in een pakhuis of winkel komen, zeggen ze: is dit nou een kerk?”
Toch is Zito niet pessimistisch over Italianen. „Ik leid een Bijbelstudie waaraan ook rooms-katholieken deelnemen. Met name oudere rooms-katholieken zijn hongerig naar het Woord. Ze krijgen de antwoorden die ze niet in de kerk vinden. Ook bij Italianen van middelbare leeftijd zien we openingen; bij de jongeren helaas niet, gericht als ze zijn op het hier en nu.”
Zito ziet zijn promotie als begin van een nieuwe toekomst. „Het is een mijlpaal in mijn en ons leven. Misschien is dit het einde van ons werk in Rome en roept God ons nu op een andere plek. We stellen ons nu voor Hem open om Zijn stem te volgen, zoals Hij in het verleden ons heeft willen roepen.”