Natuur gedijt goed op oefenterreinen Defensie
DEN HAAG (ANP) – De parelmoervlinder, het valkruid, de kleine wrattenbijter, grauwe klauwier en het rozenkransje. Het zijn allemaal soorten die het goed doen op de oefenterreinen van Defensie. Dat blijkt uit een onderzoek naar de natuur op de 25.000 hectare oefenterrein van de krijgsmacht, dat het ministerie van Defensie vrijdag naar de Tweede Kamer stuurde.
De oefenterreinen zijn in de eerste plaats bedoeld als trainingsplek voor militairen, maar Defensie probeert er ook de natuur de ruimte te geven. Stuifzandgebieden hebben bijvoorbeeld baat bij de oefeningen met terreinwagens en tanks, omdat de gebieden dan open blijven. Maar ook het beheer van hoogveen en duin- en kwelderlandschap doet de krijgsmacht goed, aldus het rapport, dat mede is opgesteld door een bioloog van Defensie.