Rabbijn Salomon Duijtsch wordt na bekering predikant
Met een bijzondere leiding heeft God meestal een bijzondere bedoeling. Dat bewijst in elk geval het leven van de bekeerde jood Christiaan Salomon Duijtsch (1734-1795), door hemzelf beschreven in ”De wonderlijke leiding Gods omtrent een blinde leidsman der blinden”.
M. A. Karels-Meeuse heeft deze autobiografie gebruikt als leidraad voor een jeugdboek over Duijtsch. Wie het origineel ernaast legt, kan vaststellen dat ze daarbij wat de feiten betreft integer te werk is gegaan. In een goed lopend verhaal leert de lezer de begaafde Salomon kennen, in alles succesvol – tot het onverwachte sterven van zijn jonge vrouw Jentil. Daarna begint de onrust, en veranderen de woorden ”Ga uit de duisternis” voorgoed zijn leven. De joodse gemeenschap moet hem niet meer, zijn tweede vrouw en dochtertje verlaten hem, en na een zwerftocht met veel rampen en wederwaardigheden brengt God hem tot zijn doel: het predikantschap.
In november 1795 maakt zijn derde vrouw bekend dat Salomon was overleden in het vaste vertrouwen dat hij „in zalige rust en heerlijkheid is heengegaan.”
Het is mooi dat Karels-Meeuse letterlijke citaten overneemt. Haar eigen woordgebruik lijkt net iets te veel op dat wat in bevindelijke bekeringsverhalen uit recenter tijd wordt gebruikt. Dat maakt de beschrijving van deze 18e-eeuwse bekering minder authentiek. Niettemin is dit verhaal het waard om aan kinderen door te geven. Het laat zien dat waar God werkt, niemand keren kan. Welke woorden je daar ook voor gebruikt, de werkelijkheid erachter is ontroerend en troostvol.
Boekgegevens
”Ga uit de duisternis. Over het leven van Christiaan Salomon Duijtsch”, M. H. Karels-Meeuse; uitg. Den Hertog Houten, 2012; ISBN 978 90 331 2426 6; 141 blz.; € 8,90.