In een interview met de Britse omroep BBC zei Lakhdar Brahimi maandag dat zijn missie „bijna onmogelijk” is. De Algerijnse veteraandiplomaat nam als gezant namens de Verenigde Naties en de Arabische Liga het stokje over van voormalig VN-chef Kofi Annan. Die stopte er vorige maand mee nadat een staakt-het-vuren als onderdeel van zijn vredesplan niet van de grond was gekomen.

Brahimi (78) zei nog geen scheuren te zien in de muur waartegen Annan zei te zijn stukgelopen: de onverzettelijkheid van het Syrische regime en de verdeeldheid in de VN-Veiligheidsraad, waar Rusland en China resoluties tegenhouden om Damascus onder druk te zetten.

Ondertussen ging het geweld in Syrië maandag onverminderd door. De oppositie meldde dat door een bombardement van het Syrische leger in de rebellenstad al-Bab in de noordelijke provincie Aleppo zeker 18 burgerdoden zijn gevallen, onder wie twee kinderen.

Een gevechtsvliegtuig bombardeerde een gebouw waarin de slachtoffers zich schuil hielden voor de gevechten in de stad. Ook in de nabijgelegen stad Aleppo, waar al maanden zwaar wordt gevochten tussen het leger en rebellen, werd een aantal wijken onder vuur genomen.

In de de hoofdstad Damascus ontplofte maandag een autobom. Zeker vijf mensen kwamen om het leven, aldus het het Syrische Observatorium voor Mensenrechten.De bom ontplofte in de religieus gemengde wijk Jaramanah aan de rand van de stad. Zeker 27 mensen raakten gewond door de explosie. Eerder meldde de oppositiegroep al dat er een aanslag was gepleegd, zonder aantallen slachtoffers te noemen.

Het Syrische staatspersbureau SANA zei dat de aanslag is gepleegd door een „terroristische groep”. Onder de slachtoffers zijn vrouwen en kinderen, meldde SANA.

De president van het Internationale Rode Kruis, Peter Maurer, brengt een bezoek aan Syrië voor een gesprek met president Assad. De hulporganisatie wil betere toegang tot burgers die door de oorlog in nood zijn gekomen.