Slim zoeken op internet werkt
Een zoekopdracht uitvoeren via Google lijkt een fluitje van een cent: even wat woorden intikken en binnen een fractie van een seconde zijn er resultaten te over. Maar niets is minder waar. Slim zoeken vraagt inzet. Want anders verdwaal je in het internetwoud.
Stel: je zoekt recente informatie van Europese instellingen over de ziekte Q-koorts. Alleen zoeken op ”Q-koorts” levert weinig concreets op: er verschijnen meer dan 800.000 resultaten. ”Q-koorts, EU” als zoekterm geeft ook altijd nog ruim 120.000 vindplaatsen. Hoe moet het dan wel?
Ewoud Sanders –historicus, journalist en schrijver van het boekje ”Slimmer leren zoeken op het internet”– vindt dat er te weinig kennis is over zoeken via Google. Zijn gids –vol tips en voorbeelden om beter te zoeken– is een groot succes: inmiddels zijn er 80.000 exemplaren verspreid en nog steeds is de belangstelling groot. „Internet is voor ons een heel belangrijke informatiebron geworden. We halen veel informatie van het web. Maar er is tegelijkertijd weinig kennis over slim zoeken.”
Dat geldt niet alleen voor de digibeet, maar ook voor de jonge generatie die zegt goed de weg op internet te weten. Sanders: „Bij studenten is er een hiaat in de kennis over zoekmachines. Dat komt doordat docenten er ook weinig van weten. Gelukkig groeit de aandacht bij onderwijsinstellingen voor dit probleem. Maar het is nog lang niet voldoende. Het zou mooi zijn als het onderwerp via pabo’s en lerarenopleidingen de jonge leerlingen bereikt.”
Schreeuwen
Sanders realiseert zich dat een gebrek aan kennis over het medium hoort bij de jonge leeftijd ervan. „Vroeger schreeuwde men ook door de telefoon. Daar komt bij dat internet ons ongeduldig heeft gemaakt. Als we op Q-koorts zoeken, krijgen we honderdduizenden resultaten, maar we kijken vaak niet verder dan de eerste tien of twintig. En we verwachten wel dat we dan het juiste gevonden hebben. Als je naar de bibliotheek gaat, staat het boek dat je zoekt toch ook niet op de eerste de beste plank die je tegenkomt?”
Wil je slim zoeken, dan moet je bepaalde woorden en tekens toevoegen aan je zoekwoorden, adviseert Sanders. Terug naar het voorbeeld over recente Q-koortsinformatie van Europese instellingen. Je kunt zoeken op sites van de Europese Unie door toe te voegen: ”site:eu”; door erbij te tikken ”filetype:pdf” vind je alleen pdf-documenten (officiële documenten zijn vaak in pdf-formaat); de toevoeging ”2010…2012” levert webpagina’s op die tussen deze twee jaartallen zijn aangemaakt. In het geval voorbeeld van Q-koorts krijg je dan geen 800.000 resultaten, maar slechts 63. Sanders: „Door slimme toevoegingen zoek je veel gerichter en zijn de resultaten dus relevanter.”
De zoekopdracht ”Q-koorts site:eu filetype:pdf 2010…2012” ziet er ingewikkeld uit, erkent Sanders. „Internetters zeggen snel: „Dat ziet er te moeilijk uit, daar heb ik geen zin in.” Ik roep mensen ertoe op om die weerstand te overwinnen. Mijn ervaring is dat mensen erg blij zijn als ze zien hoe goed slim zoeken werkt.”
Personaliseren
Google wil zoeken zo eenvoudig mogelijk maken, omdat het weet dat internetgebruikers de eerste paar zoekresultaten het belangrijkst vinden. Daarom personaliseren zoekmachines: ze passen zoekresultaten aan de individuele internetter aan. Google, maar ook Yahoo! en Bing analyseren eerder zoek- en koopgedrag en vergelijken dat met het gedrag van mensen met een vergelijkbaar profiel. Als tien verschillende mensen precies dezelfde zoekopdracht invoeren, krijgt bijna niemand daarom dezelfde resultaten en advertenties te zien.
Sanders: „Er is niets mis met personaliseren. Het is vaak zelfs makkelijk: als je een schilder of loodgieter zoekt, is het handig als je als eerste bedrijven bij jou in de buurt te zien krijgt. Het probleem is dat veel mensen niet weten dat Google personaliseert. Logisch is het wel: Google is gratis en goed, dus de gebruiker is het product waaraan de zoekgigant verdient.”
Personalisatie hoeft niet te betekenen dat zoekresultaten minder betrouwbaar zijn, zegt Sanders. Toch adviseert hij internetters zelf achter het stuur van internet te gaan zitten door slim te zoeken. „Google bepaalt dan niet wat je te zien krijgt, dat doe je zelf.”
Een zoekmachine is niet alleen handig om het hele internet te doorzoeken, maar ook om goede resultaten te vinden op één site. Sanders: „Er zijn websites waarvan de zoekfunctie slecht werkt. Die van de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (dbnl.org) bijvoorbeeld, de belangrijkste website voor Nederlandse taal en letteren. De inhoud van die laatste site is prachtig, maar de eigen zoekfunctie functioneert niet goed. Dus ben je op zoek naar wat op dbnl.org staat over Abraham Kuyper, tik dan bij Google in: ”Abraham Kuyper” site:dbnl.org”.
Zoekgeschiedenis
Google biedt ook de mogelijkheid de eigen zoekgeschiedenis uit te pluizen. Stel: je hebt iets interessants gevonden op internet, maar halverwege had je geen tijd meer om verder te lezen. Hoe vind je die pagina terug? Sanders: „Via google.com/history kun je je eigen zoekgeschiedenis terugzien. Die is daar van seconde tot seconde vastgelegd. Zo kun je elke eerder gevonden pagina terugzien.”
Anoniem zoeken via internet is ook mogelijk, bijvoorbeeld via de zoekmachine ixquick.nl. En soms raadzaam, zegt Sanders. „Als je voor een werkstuk of artikel iets wilt weten over het produceren van wapens, is het de vraag of het slim is dat Google weet dat je zoekt op: ”hoe maak je wapens”. Er zijn hardnekkige geruchten dat inlichtingendiensten het zoekgedrag goed in de gaten houden.”
Sanders kreeg voor het maken van zijn gids financiële steun van Google. Het tast de onafhankelijkheid van zijn gids niet aan, zegt hij. „Ik blijf kritisch op Google en de eerste versies van deze gids verscheen zonder deze steun. Ik heb steun nodig: het schrijven van deze gids is voor mij een ideëel project.”
Checken op betrouwbaarheid
Hoe zie je of een website betrouwbaar is? Sanders geeft een aantal vuistregels:
Kijk of het uiterlijk van de website aansluit bij de informatie die je zoekt. Ben je op zoek naar objectieve informatie? Daar passen geen schreeuwerige teksten bij.
Kijk van wie de website is. Is de site van een professionele instelling? Dan is de informatie vaak betrouwbaar.
Ga na of de site actueel is. Is de website voor het laatst een paar jaar geleden bijgewerkt? Dan is de kans groot dat andere sites betrouwbaarder informatie bieden.
Bekijk door wie de website wordt bijgehouden. Informatie kan onbetrouwbaar zijn als de site door iedereen kan worden bijgewerkt, zoals bij Wikipedia.
Ga nooit af op één site. Controleer je gegevens altijd bij meerdere bronnen.
Handige zoektips
Tekens en woorden die je kunt toevoegen aan een zoekopdracht:
- (het minteken) = sluit het woord na het minteken uit.
“ ” (dubbele aanhalingstekens) = zoek op exact de woorden tussen de aanhalingstekens.
… (twee puntjes) = zoek op een getal (kan ook jaartal zijn) tussen deze twee waarden.
- (sterretje) = vul de leegte in.
site: = zoek alleen op deze website.
filetype: = zoek dit bestandsformaat.
inurl: = het gezochte woord moet in de naam van de url (het webadres) staan.
related: = zoek naar thematisch verwante website.
www.ewoudsanders.nl/zoeken.html voor meer zoektips.
Lezersaanbieding
De uitgave ”Slimmer leren zoeken op het internet” van Ewoud Sanders (ISBN: 978-94-91175-00-8) ligt vanaf 25 september in de boekhandel en kost 9,85 euro.
Lezers van het Reformatorisch Dagblad kunnen de uitgave nu al bestellen voor de prijs van 7,85 euro via de website van HUB uitgevers: www.hubstore.nl/slimzoeken.