Opinie

Zorg voor schepping blinde vlek van veel christenen

De geloofsbeleving van veel christenen is vaak ‘slechts’ gericht op God 
en de medemens. De relatie met heel de schepping ontbreekt, constateert drs. P. H. Siebe.

Drs. P. H. Siebe
29 August 2012 21:23Gewijzigd op 14 November 2020 22:54
„Gods heerlijkheid en vreugde in Zijn schepselen worden aangetast als wij de natuur vernietigen.” Foto MAB United States of America
„Gods heerlijkheid en vreugde in Zijn schepselen worden aangetast als wij de natuur vernietigen.” Foto MAB United States of America

Sinds de crisis in 2008 zijn er banken omgevallen, is de woningmarkt ingestort, moeten overheden drastisch bezuinigen, is Griekenland feitelijk failliet en is de toekomst van de euro en van vele banen onzekerder dan ooit. De crisis die we meemaken heeft alle trekken van een systeemcrisis, een crisis van ons hele economische stelsel, zowel (inter)nationaal als persoonlijk, in ons eigen huishouden.

Velen, waaronder menig christen, geloofden graag dat de bomen van onze materiële welvaart tot in de hemel groeiden. Onze hypotheken zijn uitgekiend maar te hoog, we kochten op afbetaling de gadgets van onze tijd en meenden dat bruin het wel kon trekken. Dat blijkt echter niet zo te zijn.

Tegelijkertijd beginnen we ons steeds meer te realiseren dat we alleen maar kunnen overleven als de aarde het voedsel blijft opbrengen voor 7 miljard wereldburgers. De natuur blijkt echter kwetsbaarder dan ooit en vatbaar voor menselijk wanbeheer. Dat leidt uiteindelijk tot verwoestijning en klimaatverandering.

Het is nodig dat christenen stilstaan bij de implicaties van een fundamenteel onderdeel van ons geloof: dat wij evenals de andere schepselen geschapen zijn en dat wij mensen onder deze schepselen de verantwoordelijkheid hebben gekregen het geschapene zowel te ontplooien als te beschermen.

Dat naastenliefde –naast liefde van en tot God– tot het hart van het christelijk geloof behoort, weet iedere christen. Dat de liefde tot de hele schepping daar ook bij hoort, kreeg lange tijd minder aandacht. Door de crisis en de milieuproblemen van onze tijd laat dit integrale onderdeel van het christelijke leven zich echter niet meer wegdrukken.

„Bergen, breek uit in gejuich, en ook jullie, bossen met al je bomen, want er komt vrijheid”, zei de profeet Jesaja (Jes. 44:23, NBV). Maar wat blijft er over van die ongeremde vreugde van de natuur als de gletsjers van de bergen smelten, de bossen worden gekapt en de orang-oetans uit de regenwouden op uitsterven staan?

„Trek de wereld rond en maak aan ieder schepsel het goede nieuws bekend”, zei Jezus. Franciscus van Assisi, de man uit de dertiende eeuw wiens sterfdag wij kennen als dierendag, nam dat „ieder schepsel” letterlijk en trok het veld in om te preken voor de dieren. Zo veel naïviteit, daar glimlachen we om in onze verlichte tijd, maar zouden we niet van Jezus en Franciscus kunnen leren dat het goede nieuws over het Koninkrijk van God zich niet beperkt tot mensen, maar zich uitstrekt over de hele schepping? Dus over ook het welzijn van de dieren en de plantenwereld.

Jezus kwam niet alleen om het mensenleven te herstellen van schuld en schaamte, lijden, dood en onvrijheid, maar om alle dingen te vernieuwen. Franciscus voelde dat zeldzaam scherp aan. Hij gaf daarmee uiting aan wat Paulus al schreef: dat we laten blijken aan heel de schepping dat we kinderen van God zijn. Daar ziet elk schepsel naar uit (Rom. 8:19-22).

De laatste tien jaar is er in diverse kerkgenootschappen –ook 
de orthodox-protestantse en evangelische– meer aandacht gekomen voor onze omgang met de aarde. Heel wat kerken besteden aandacht aan de zorg voor de schepping.

Toch voelt het nog steeds wat ongemakkelijk, het gesprek met elkaar aan te gaan in de kerk over vragen zoals: Welke keuzes maken we in persoonlijk leven om goed met de dieren en onze leefwereld om te gaan? Durven we het te hebben over boontjes uit Kenia en de keus tussen vlees eten of vegetarisch? Over wat het leven leefbaar en zinvol maakt?

Reden voor dit ongemak hierover is dat zorg voor de aarde nog geen integraal onderdeel is van onze geloofsbeleving. Te vaak is die gericht op God en de medemens en mist nog de relatie met heel de schepping.

Waarom het zo wezenlijk is voor geloven in deze eeuw dat we zorgzaam met de schepping omgaan? Omdat mensen van God de taak gekregen hebben de aarde te beschermen en te vervolmaken, hoe moeilijk dat soms ook is. Omdat Gods heerlijkheid en vreugde in Zijn schepselen worden aangetast als wij de natuur vernietigen. En omdat God ons wil bevrijden van onze exploitatiezucht.

Christenen hopen op een wereld waaruit onheil is verdwenen. Die hoop inspireert hen om daaraan te werken. Op weg daarheen leren ze van elkaar wat delen is. Denk aan het delen van je auto of gereedschap, samen eten. Ontdekken hoe je milieubewust boodschappen kunt doen, dat je zonnepanelen op het (kerk)dak kunt nemen en fairtradekoffie kunt schenken.

Daarnaast hebben kerken en geloofsgemeenschappen nog een belangrijke taak: oorzaken van de crisis aanwijzen. Oorzaken zoals hebzucht, een graai- en bonuscultuur, losgeslagen geldeconomie, privatisering en vrijemarktgeloof.

En daarnaast kunnen ze wijzen op uitwegen en oplossingen. Economische groei is volgens velen datgene wat uiteindelijk een rechtvaardige, zorgzame en duurzame samenleving met gelukkige mensen oplevert. Kerken kunnen de politiek erop wijzen dat het andersom is: alleen als we gerechtigheid, zorgzaamheid en rentmeesterschap nastreven, kunnen welvaart en geluk de vrucht daarvan zijn.

De auteur is oprichter van het Christelijk Ecologisch Netwerk. Hij is namens de Noach Alliantie betrokken bij de organisatie van een internationale conferentie over duurzaamheid, eerlijke economie en geloof die deze week plaatsvindt in Elspeet.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer