Zware gevechten in Libanese stad
TRIPOLI – Gevechten tussen soennitische moslims en alevieten in de Libanese havenstad Tripoli hebben de afgelopen dagen zeker tien levens geëist. Meer dan honderd mensen zijn gewond geraakt, meldden medici woensdag.
De strijders gebruiken automatische wapens. Ook klinken er explosies in de stad. Tripoli heeft een grote soennitische gemeenschap en een alevitische minderheid. Ook in buurland Syrië vechten leden van de twee groepen tegen elkaar. De Syrische president Bashar al-Assad is een aleviet, veel opstandelingen zijn soennitisch.
De Libanese premier Najib Mikati, zelf soenniet, riep beide partijen woensdagmorgen op „de absurde strijd” te staken. Hij smeekte de inwoners van Tripoli, een stad met zo’n 200.000 inwoners, zich door niemand te laten overhalen om „munitie” te worden „in andermans oorlog.”
De spanningen tussen soennieten en alevieten in het noordwesten van Libanon zijn er sinds tientallen jaren. Begin juni kwamen vijftien mensen om het leven door geweld tussen de groepen. Volgens sommige inwoners zijn de gevechten van de afgelopen dagen de hevigste sinds de Libanese burgeroorlog (1975-1990). Het leger zegt dat tot op heden tien militairen gewond zijn geraakt.
Syrië zou intussen bereid zijn te praten over het opstappen van president Bashar al-Assad als onderdeel van onderhandelingen om een einde te maken aan de bloedige gevechten in het land. Dat suggereerde de Syrische vicepremier Qadri Jamil dinsdag na gesprekken in Moskou.
Het vertrek van Assad kan geen voorwaarde vooraf zijn bij de onderhandelingen, maakte Jamil duidelijk. Maar hij voegde eraan toe: „Alle problemen kunnen worden besproken tijdens onderhandelingen. Wij zijn zelfs bereid dit issue te bespreken.”
De Verenigde Staten en zijn bondgenoten eisen het onmiddellijke vertrek van Assad. Maar, zei Jamil, als je daar een voorwaarde van maakt voor onderhandelingen zal het nooit tot onderhandelingen komen.
Een woordvoerster van het Witte Huis reageerde zeer sceptisch op de suggestie dat het Syrische regime bereid zou zijn te praten over het ontslag van Assad. „We hebben de verslagen van de persconferentie van de vicepremier gezien. Eerlijk gezegd hebben we niet iets vreselijks nieuws gehoord.”