Door een eigen, veel hoger waterpeil in te voeren, wordt het gebied vooral in de winterperiode veel natter. Goed voor flora en fauna. Straks behoren de Olde Maten en de Weerribben-Wieden tot het grootste aaneengesloten laagveengebied van Nederland.

Uiteraard wordt er nu al gezinspeeld op de recreatie die daarbij hoort: kanotochten, wandelroutes, schaatsen in de winter. Boeren buiten de Olde Maten zijn bezorgd, maar hun is verzekerd dat het hogere peil geen gevolgen heeft voor omliggende gebieden. Waterbuffers langs de randen zorgen voor een eigen peil in de Olde Maten.

Het belangrijkste wat er gaat gebeuren is de aanleg van een 25 meter breed kanaal –de natte as genoemd– door het hele gebied. Die moet zorgen voor een natuurlijke verhoging van het waterpeil. Alle watergangen krijgen natuurvriendelijke oevers en her en der komt moeras.

De Olde Maten is de afgelopen decennia dichtgegroeid. Van oorsprong was het een open gebied, met brede boksloten 
die gebruikt werden om turf 
af te voeren. Doordat veel boeren later kortlopende pachtcontracten hadden, werd maar weinig aan onderhoud van het gebied gedaan. Volgend jaar worden vijftig brede sloten weer opengemaakt, bomen en struweel wordt gekapt om van de Olde Maten weer een open landschap te maken.

Zo’n 700 van de 1000 hectare in de Olde Maten is straks grasland, geschikt voor veehouders. Boeren kunnen dit pachten van Staatsbosbeheer. Zij moeten de percelen op een natuurvriendelijke wijze gaan beheren en onderhouden.

De Dienst Landelijk Gebied is namens de provincie Overijssel verantwoordelijk voor de plannen. Ook Staatsbosbeheer, de gemeente Staphorst en Zwartewaterland, LTO en waterschap Groot Salland zijn er nauw bij betrokken, net als de Agrarische Natuurvereniging.

De Olde Maten is aangewezen als zogeheten Natura 2000-gebied, onder meer om de vele weidevogels die er neerstrijken. Ook is het bestempeld als Ecologische Hoofdstructuur, een verbinding tussen natuurgebieden.

De Olde Maten ligt precies tussen het Vechtdal en de Weerribben-Wieden in.