Steeds minder meisjes kiezen voor een technische vervolgopleiding
AMSTERDAM (ANP) – Steeds meer meisjes kiezen op de middelbare school exacte vakken, maar ze haken af bij bèta-technische vervolgopleidingen. Dat is nadelig, niet alleen omdat ze hun talenten niet benutten maar ook omdat Nederland de komende jaren vele tienduizenden technici tekort komt.
Volgens het Landelijk expertisebureau meisjes/vrouwen en bèta/techniek koos in het schooljaar 2011/2012 bijna 30 procent van de meisjes op de havo en 51 procent op het vwo een natuurprofiel. Op het vmbo blijft dat fors achter: in de periode 2006-2011 gaat het om ongeveer 5 procent van de meisjes.
In 2011/2012 begonnen bijna 4000 meisjes en vrouwen aan een exacte studie in het hbo, tegenover 14.680 jongens en mannen. In het wetenschappelijk onderwijs begonnen bijna twee keer zoveel mannen als vrouwen aan een technische studie.
Vier ‘bètakopstukken’ over technische meisjes.
M. van Bijsterveldt, minister van Onderwijs:
„Blijkbaar zien steeds meer meiden dat bèta en techniek de toekomst heeft en laten ze zich niet afschrikken door stereotypen. In het hoger onderwijs is echter nog een slag te maken. Het hoeft geen probleem te zijn als er minder bètameisjes dan -jongens zijn. Wat wel een probleem is, als meisjes niet kiezen wat bij hun talent en interesse past. Daarbij vormt het tekort aan technici een bedreiging voor de economische groei en welvaart van Nederland. We komen de komende jaren 180.000 technici tekort. We moeten alle technische talenten aanspreken om dit tij te keren.”
André Kuipers, astronaut:
„Meisjes en jongens moeten doen waar ze goed in zijn. De hele wereld is gebaseerd op wetenschap en techniek. Zonder komen we niet vooruit. Het probleem is echter dat wetenschap en techniek een beetje worden gezien als iets voor saaie mensen en nerds. Maar er zitten ook heel leuke en spannende kanten aan, zoals bij ruimtevaart. En het is handig te weten dat de rijkste mensen ter wereld nerds zijn.”
Ionica Smeets, wetenschapsjournalist en columnist onder de naam ‘wiskundemeisje’:
„Ik denk dat veel meisjes wel exacte vakken kunnen en willen volgen, maar niet voldoende aangemoedigd worden. Ik geef regelmatig lezingen op middelbare scholen en dan blijkt dat veel leerlingen denken dat je met een wiskundestudie alleen maar leraar kan worden -en dat is natuurlijk een gigantisch schrikbeeld- of iets in een witte jas. Dat je met die studie alle kanten op kunt in het bedrijfsleven, weten velen niet. Hoewel ik binnen de exacte wereld altijd serieus genomen word, heb ik wel vooroordelen meegemaakt. Zo vond een docent dat alleen lelijke vrouwen goed konden zijn in wiskunde. Ik ben toen in mijn kortste rokje en meest strakke truitje naar een tentamen gegaan. En heb een 9 gehaald, uiteraard. Ook werd ik eens door mannen op een congres aangesproken, omdat ze dachten dat ik serveerster was en iemand koffie bij me bestelde. Vervolgens liep ik het podium op omdat ik de hoofdspreker was. Ja, dan zwaai ik wel even naar die mannen.”
Hans Clevers, president Koninklijke Akademie van Wetenschappen (KNAW):
„In mijn middelbareschooltijd was het simpel: meisjes waren goed in alfavakken, jongens in bètavakken. Nu ligt dat anders: de meisjes kunnen alles het best. Wat jammer om al dat vrouwelijke bètatalent niet te benutten.”