Sinds zijn werkvakanties in Kenia verspilt Joost van Keulen geen water meer
Het lijkt haast zijn eigen project geworden, de aanleg van een waterleiding naar Kabeldamet. „Als iemand mij vroeg dit project te controleren, stapte ik direct op het vliegtuig.” Joost van Keulen (18) uit Ridderkerk bivakkeerde vorige maand samen met vier volwassenen en tien jongeren ruim twee weken in het Keniaanse dorp, namens de Stichting Sosurwo Fonds.
„Buiten het regenseizoen lopen de inwoners van Kabeldamet een dik halfuur om water te halen. De meisjes die dit doen, missen daardoor de nodige lessen op school”, weet Joost. „Ik verspil sinds mijn Keniareizen geen water meer.” Niet alleen het watergebrek trof de Ridderkerker. „Veel mensen dragen gescheurde kleren, omdat ze niets nieuws kunnen kopen. Geldgebrek zorgt er ook voor dat de nodige jongeren het voortgezet onderwijs niet volgen.”
Joost zet zich tijdens zijn vakantie graag in voor de naaste. Via zijn moeder stuitte hij vorig jaar op de Stichting Sosurwo Fonds, die mensen zocht voor een reis naar Kenia. Deze stichting wil drinkwatervoorzieningen voor de bevolking van West-Kenia realiseren, onderwijs ontwikkelen en gezondheidszorg opzetten. Joost ging mee en was ook dit jaar van de partij. „We hebben in juli zes lokalen in twee scholen een schilderbeurt gegeven, daar lessen verzorgd, een speeltuin gebouwd en een deel van de waterleiding op de nabijgelegen berg aangelegd.”
Het laatste onderdeel leek bijna niet door te gaan. „De beloofde materialen waren er niet. De waterinlaat had men niet aangelegd en het dak van het waterreservoir bleek ingestort. Dat was slikken. Na druk vanuit de stichting hadden we de waterleidingbuizen drie dagen voor ons vertrek en zijn we hard aan het werk gegaan.” De burgemeester van Kabeldamet, de enige persoon met e-mail in het dorp, was afspraken niet nagekomen. „We hebben hem gedreigd zijn praktijken openbaar te maken als hij zijn leven niet betert. Gelukkig houden inmiddels meer mensen het waterleidingproject in de gaten.”
Na twee weken werken maakte de groep een tweedaagse safari. „Geweldig”, aldus Joost. Het vertrek uit Kenia kwam wat hem betreft te vroeg. „Ik heb genoten van de gastvrijheid van de Kenianen, van het fysiek bezig zijn en van het direct zichtbare resultaat van ons werk. De mooiste opmerking kwam vorig jaar van een jongetje. Hij riep toen hij ons met de Keniaanse gids zag: „Er komt een man aan met drie wezens die geen mens zijn.” Hij had nog nooit een blanke gezien. Dit jaar verraste een betrokkene bij de waterleiding mij door zélf met ideeën te komen.” De twee volle reiskoffers kwamen leeg mee terug. Joost liet kleding, een handboor en verbandmiddelen achter in Kenia. Hij betaalde een deel van de trip, een kleine 1000 euro, zelf en sprokkelde de resterende 1000 euro met sponsoracties bij elkaar. „De ervaringen zijn deze investering echt waard.”
Dit is de zevende aflevering van een serie over werkvakanties.