Gezinshuis Margaritas biedt pleegkind rust en veiligheid
Gezinshuis Margaritas in Oude-Tonge staat midden in het dorp. De ruime, vrijstaande eengezinswoning met tuin biedt sinds 2008 een tweede thuis aan pleegkinderen afkomstig van Goeree-Overflakkee en ver daarbuiten. „Er komen hier kinderen uit heel Nederland, van Haarlem tot Haamstede”, zegt Paul Looij.
Samen met zijn vrouw Marjoke beheert hij het gezinshuis. Het echtpaar heeft drie kinderen: Lukas (6), Reinout (16) en Emma (17). Daarnaast wonen er op dit moment zes pleegkinderen in Huize Margaritas.
Vier jaar geleden besloot de familie Looij het roer om te gooien en werden de van origine allround timmerman en zijn vrouw, voorheen administratief medewerkster, fulltimepleegouder. De drijfveer om iets voor anderen te betekenen en hulp te bieden aan ouders met kinderen in moeilijke (gezins)situaties, leidde hun weg naar het huis aan de Willemstraat. „We zochten een ruime woning om ons gezinshuis te realiseren, en dit pand voelde gelijk goed.”
Na het schrijven van een ondernemingsplan en een positief advies van de bank kon de aankoop van het pand worden gerealiseerd. Eerder viel hun oog op een vacature voor een fulltimefunctie in een gezinshuis dicht bij de Belgische grens. Ze realiseerden zich echter dat er juist ook op Goeree-Overflakkee veel vraag was naar de mogelijkheid tot opvang van kinderen die om uiteenlopende redenen (tijdelijk) niet thuis kunnen wonen. Beiden ervoeren de roeping om deze functie te gaan vervullen op Goeree-Overflakkee.
Dit resulteerde in het in 2008 geopende Huize Margaritas, een gezinshuis voor kinderen van 0 tot 15 jaar. Kinderen worden om verschillende redenen uit huis geplaatst. Het kan gaan om ADHD, autisme of een aan autisme verwante stoornis. Ook kinderen met een (licht) verstandelijke beperking zijn welkom. „Soms bieden we ook tijdelijk opvang om bijvoorbeeld ouders even te ontlasten met betrekking tot de zorg voor hun kind.”
Huize Margaritas biedt ook dag-, weekend-, crisis- en vakantieopvang. In het verleden ving de familie Looij al kinderen op tijdens weekenden. „We wisten dus wat het betekende om vreemde kinderen in huis te hebben.” Paul verdiepte zich naast zijn dagelijks werk al jaren in (kinder)psychologie en psychiatrie. Hij werkte onder meer als vrijwilliger bij Slachtofferhulp en volgde een training traumaverwerking.
Huize Margaritas biedt naast de opvang van kinderen ook een tweetal plaatsen voor zelfstandig begeleid wonen in de twee bij het woonhuis gerealiseerde appartementen. „Deze appartementen zijn bedoeld voor jongeren vanaf 21 jaar die begeleiding nodig hebben bij zelfstandig wonen en die een eigen inkomen verdienen of via een persoonsgebonden budget (pgb) in hun onderhoud kunnen voorzien.”
Het verschil tussen Huize Margaritas en een ‘gewoon’ pleeggezin is dat er continu zes pleegkinderen bij het echtpaar in huis wonen en dat de financiering veelal vanuit het pgb plaatsvindt. „Het aantal opgevangen kinderen is natuurlijk groter dan in een gewoon pleeggezin. We hebben dan ook een weektaak aan het begeleiden van deze kinderen. Eigenlijk kun je wel zeggen dat het werk en de zorg 24 uur per dag doorgaan.” Overdag, als de (pleeg)kinderen naar school of de dagopvang zijn, buigen de pleegouders zich onder meer over de omvangrijke administratie.
Ruggespraak
Paul en Marjoke Looij vormen als projectgezin een zelfstandige onderneming en zijn niet verbonden aan een instelling. „Dit geeft aan de ene kant veel vrijheid, aan de andere kant mis je soms een beetje een klankbord.”
Wat de pleegouders erg waarderen is de ruggespraak met BAVO, een ggz-instelling in Middelharnis. „In voorkomende situaties kan er door ons worden overlegd met de dienstdoende arts.” Verder is er regelmatig overleg met de voogden van jeugdzorg, ouders van de kinderen en medewerkers van andere instanties. Marjoke vindt steun in haar werk door onder meer deel te nemen aan een mailgroep van pleegouders. Het regelwerk en de administratieve rompslomp vielen de afgelopen tijd wel eens tegen.
De jaren van opbouw van Huize Margaritas waren tropenjaren. Na vier jaar is het tijd voor een evaluatie. „Onze drijfveer blijft om iets te betekenen voor anderen en zorg te verlenen. Dat vormt de bron van ons handelen.”
Beiden zijn voorstander van zo veel mogelijk ambulante begeleiding van ouders en kinderen. „We hebben soms de indruk dat kinderen te snel uit huis geplaatst worden. Dat is schadelijk voor zowel het kind als de ouders”, zegt Marjoke. „In het verleden zijn er fouten gemaakt door jeugdzorg, zoals bijvoorbeeld bij het Meisje van Nulde en de peuter Savanna. Maar we hebben nu soms de indruk dat het een beetje naar de andere kant is doorgeslagen. Een uithuisplaatsing in de trant van ”beter voor niks dan te laat”. Je krijgt dan situaties waarbij de rechter na een spoeduithuisplaatsing binnen veertien dagen beslist dat het kind weer naar huis mag. Vaak gebeurt dit dan nog dezelfde dag. Erg verwarrend, vooral voor het kind.”
Gouden regels
Paul en Marjoke Looij zijn full-time bij het gezinshuis betrokken. Daarnaast dragen een huishoudelijke hulp en af en toe een stagiaire van bijvoorbeeld de Christelijke Hogeschool Ede hun steentje bij. „Verder is het voor het reilen en zeilen van ons gezinshuis van belang dat er duidelijke regels voor iedereen zijn.”
Marjoke laat een lijstje zien met de ”gouden regels van Huize Margaritas”. Er staan regels op als ”na het eten breng je zelf je bordje en beker naar het aanrecht”. „Ach, eigenlijk gaat dat allemaal vanzelf”, glimlacht Paul. „De kinderen voeden elkaar vaak op.”
Volgens het echtpaar is het belangrijk dat je als pleegouder betrouwbaar bent door rust en veiligheid te bieden. „Er zijn bij ons kinderen die hier heerlijk slapen, maar thuis geen oog dichtdoen. Hier ervaren ze veiligheid, ook door de aanwezigheid van een man in huis. Onze pleegkinderen zijn met regelmaat afkomstig uit gebroken gezinnen of los-vaste relaties. Het gevoel van veiligheid ontbreekt meermaals.”
Marjoke zegt dat pleegkinderen het vaak erg vinden om zielig gevonden te worden. „Door hen zielig te vinden help je hen absoluut niet. Het zijn gewone kinderen, die ook opgevoed moeten worden.” Regels stellen geeft veiligheid, weet het echtpaar. „We hebben soms het idee dat het woord opvoeden een vies woord is geworden in Nederland. Maar wij geloven in het belang van opvoeden door het bieden van veiligheid, regels, rust en structuur.”
Naast tegenslagen waren er de afgelopen jaren ook mooie dingen. Zo denkt Marjoke bijvoorbeeld met veel plezier terug aan hun eerste pleegkind. „Met haar heb ik nog regelmatig contact via Hyves. Zij heeft een speciaal plekje in mijn hart.” Hoewel het destijds niet altijd koek en ei was en er de nodige strubbelingen waren met haar, zegt dit meisje over de periode dat ze bij de familie Looij woonde: „Dat waren nog eens mooie tijden! Bedankt dat jullie voor me gezorgd hebben.” Paul vertelt over een inmiddels 18-jarige jongeman die een paar jaar geleden bij hen logeerde. „Hij komt regelmatig even buurten. Dat waarderen we enorm.”
Werk en privé
Het is wel eens zoeken naar een goede balans tussen privé en werk, vinden beiden. Naast alle tijd en zorg die aan de kinderen worden besteed, probeert het echtpaar af en toe tijd voor elkaar vrij te maken. „Met Kerst zijn we altijd twee weken dicht en binnenkort willen we er samen een paar dagen tussenuit gaan.”
De eigen kinderen van het echtpaar zijn helemaal gewend aan de aanwezigheid van de pleegkinderen. „Ze zijn ermee opgegroeid, zeker de jongste, Lukas, weet niet beter.”
Overigens ervaren Paul en Marjoke Looij de zorg voor de kinderen zeker niet als zwaar. Ze zetten zich met hart en ziel in voor het welzijn van hun pleegkinderen. „Wel vinden wij het soms zwaar dat je in ons werk regelmatig stuit op onbegrip, gedoe met instanties en het altijd maar weer moeten bewijzen dat je te goeder trouw handelt.”
Het echtpaar vindt dat mensen goed moeten nadenken voor ze beginnen aan pleegzorg. „Bijvoorbeeld bij een crisisplaatsing kan het wel eens heftig zijn als de boosheid van de ouders én het kind over de uithuisplaatsing bij jou als pleegouder terechtkomt. Je staat immers aan de kant van jeugdzorg, dat zorgde voor de uithuisplaatsing van het desbetreffende kind.”
De pleegouders leren hun pleegkinderen onder meer zorg te dragen voor elkaar en voor hun spullen. Alle pleegkinderen hebben een eigen plastic bewaardoos met hun naam erop. De dozen staan netjes naast elkaar in een grote kast in de woonkeuken. „Zo leren we hun in de opvoeding ook verantwoordelijkheid te dragen door te zorgen voor de eigen spulletjes.”
Dat de pleegkinderen gewoon meedraaien in het gezin Looij blijkt uit allerlei zaken, ook in de godsdienstige opvoeding. Hoewel sommigen van huis uit niet gewend zijn een kerkdienst te bezoeken, gaan ze allemaal mee naar de zondagse diensten van de evangelische gemeente in Oude-Tonge. „Hierin maken we geen onderscheid. Bij het intakegesprek geven we altijd aan dat we gewend zijn zondags naar de kerk te gaan. We stuiten eigenlijk nooit op bezwaren van de ouders, en de kinderen vinden het vaak prachtig om de dienst te bezoeken.”