Die boodschap geeft Siemen van Berkum, hoofd internationale markten van het LEI van de Wageningen Universiteit, woensdag. Hij reageert op het pleidooi van LTO-voorzitter Albert Jan Maat die wil dat Nederland een graanreserve opbouwt om te voorkomen dat er krapte ontstaat en graan te duur wordt voor veeboeren en bakkers.

Van Berkum vindt het een „slechte timing” om zo’n pleidooi te houden op het moment dat de prijzen stijgen, maar hij ziet voorraadvorming wel als een goed instrument om ervoor te zorgen dat de prijs redelijk stabiel zou kunnen blijven. Dit soort voorraden zouden dan wel door met name particuliere handelaren moeten worden beheerd en niet door de overheid.

„Private partijen zijn het best om de markt niet te veel te ontwrichten”, vindt Van Berkum. „In het verleden is gebleken dat het veel geld kost als overheden het doen. Dat zijn geen handelaren en dan zie je dat er toch vaak op verkeerde momenten wordt ingekocht en verkocht.”

Nederland moet zeker niet op eigen houtje een graanreserve gaan opbouwen, benadrukt hij. „Dat is niet de manier om het op te pakken. Dan volg je precies hetzelfde spoor als in 2008 en 2011 toen de prijzen ook sterk stegen. Landen verboden exporteurs toen om uit te voeren, wat de krapte op de markt alleen maar versterkte en de prijzen verder deed stijgen. De G20 willen het nu coördineren. Als Nederland deze weg inslaat, pakt het hier misschien nog goed uit, maar zitten andere landen op de blaren.”

Internationale organisaties hebben eerder geprobeerd de prijs te stimuleren door voorraden graan, suiker en cacao aan te leggen. „Maar het is eigenlijk nog niet gelukt”, concludeert Van Berkum, die aangeeft dat de verkoop uit de graanvoorraad er jaren terug zelfs voor zorgde dat de prijzen onder druk kwamen te staan.