Roep om ‘gelijke rechten’ voor werksters
DEN HAAG (ANP) – De PvdA, SP en GroenLinks hebben zaterdag een oproep gedaan voor ‘gelijke rechten’ voor werksters ten opzichte van andere werknemers. De hulpen in de huishouding moeten in ieder geval gegarandeerd zijn van het minimumloon. Maar liever ziet Tweede Kamerlid Mariëtte Hamer van de PvdA nog dat in de huishoudelijke dienstverlening met vakbonden een cao wordt afgesproken, zodat de hulpen betere arbeidsvoorwaarden krijgen.
De PvdA, SP en GroenLinks deden hun oproep naar aanleiding van een onderzoek van de Volkskrant, waaruit blijkt dat de positie van werksters bij particulieren in Nederland veel slechter is dan in andere Europese landen. In landen als België, Frankrijk, Spanje, Italië en Duitsland zijn hulpen beter af, omdat ze daar dezelfde rechten hebben als andere werknemers.
Buiten de medewerkers in de thuiszorg is in Nederland zwart werken de norm voor werksters. Andere landen zijn dankzij overheidssubsidie erin geslaagd het omvangrijke zwarte circuit terug te dringen.
De PvdA, SP en GroenLinks hebben al eerder in de Kamer met CDA erop gewezen dat in Nederland de omstandigheden voor werksters slecht zijn. De partijen hebben ook al diverse voorstellen gedaan om de positie van deze werknemers te verbeteren. „We mogen er niet vanuit gaan dat dit probleem zich van zelf oplost”, aldus SP-politica Sadet Karabulut.
Maar minister Henk Kamp (Sociale Zaken) reageerde dit voorjaar nog afwijzend op een petitie van FNV Bondgenoten, waarin de vakbond vroeg de positie van werksters gelijk te trekken met andere werknemers. Volgens Kamp zijn de bijbehorende werkgeversverplichtingen en administratieve lasten „te duur of te omslachtig”. Dit zou ten koste gaan van de werkgelegenheid, omdat mensen dan meer zelf thuis gaan doen of het werk verdwijnt meer in het zwarte circuit.
Er geldt nu een zogeheten regeling dienstverlening aan huis om het werk uit het illegale circuit te halen. Particulieren kunnen zo mensen maximaal 3 dagen in de week inhuren voor klussen in en rond het huis tegen tenminste het minimumloon, terwijl ze daarover niks hoeven op te geven en geen loonbelasting en premies hoeven te betalen.