Onduidelijkheid over bodemonderzoek FlevOnice
BIDDINGHUIZEN (ANP) – Een onderzoek naar de mogelijke schade door het lekken van 150.000 liter koelvloeistof bij de failliete ijsbaan FlevOnice in Biddinghuizen dreigt op zich te laten wachten. De diverse betrokken partijen schuiven de verantwoording voor een dergelijk onderzoek op elkaar af.
De vraag over de verantwoordelijkheid voor een bodemonderzoek leek in eerste instantie een steekspel tussen de gemeente Dronten en de curator te worden, maar die wijzen nu beide naar recreatiepark Dorhout Mees in Biddinghuizen. Dat park is zich echter van geen kwaad bewust, liet directeur Bert Ketelaar vrijdag weten.
Volgens de curator is Dorhout Mees verantwoordelijk, omdat het de vergunninghouder zou zijn. Reden voor de gemeente om het park aan te schrijven. Hoewel er weliswaar banden zijn tussen FlevOnice en Dorhout Mees, benadrukt Ketelaar echter dat het verder aparte bedrijven zijn met gescheiden vergunningen. De directeur is daarom verbaasd dat de gemeente bij het park aanklopt.
Een gemeentewoordvoerder erkende vrijdag dat de gemeente zelf niet heeft onderzocht wie er verantwoordelijk is voor een bodemonderzoek. Desondanks werd in eerste instantie de curator aangeschreven om het onderzoek uit te voeren. Die verwees op zijn beurt naar Dorhout Mees als verantwoordelijke.
De gemeente heeft wel aan de curator een overzicht gevraagd van de rechtsverhoudingen tussen FlevOnice en Dorhout Mees. Op de uitspraken van Ketelaar wil de gemeente nog niet ingaan, omdat het nog geen officieel antwoord van Dorhout Mees heeft ontvangen.