De Commissie Gelijke Behandeling (CGB) heeft onlangs geoordeeld dat de supermarkthulpen die 12 uur per week of minder werken net als het andere personeel een toeslag moeten krijgen voor het doordeweeks werken na 20.00 uur en zaterdag na 18.00 uur.

FNV Bondgenoten en de CNV Dienstenbond zijn naar de CGB gestapt, omdat supermarkten volgens FNV-bestuurder Arie van der Pijl in cao-onderhandelingen bleven weigeren de positie van hun hulpkrachten gelijk te trekken met andere werknemers. Hij zei dinsdag dat uiterlijk half september een gesprek volgt met de supermarkten over de uitspraak van de CGB.

Volgens een woordvoerder van de brancheorganisatie VGL die namens supermarkten onderhandelt over de cao, is het niet meer dan logisch om nu weer met de vakbonden hierover te praten. Volgens hem moet de uitspraak van de CGB nog zorgvuldig worden bekeken, maar zal deze zeker serieus worden genomen.

Volgens Van der Pijl zijn supermarkten in de loop der jaren steeds meer gebruik gaan maken van hulpkrachten en worden die ook breed ingezet, bijvoorbeeld ook achter de kassa. Daarom moeten deze werknemers volgens de FNV-bond net als ander personeel worden beloond.

Het zijn veelal jongeren en studenten die werken als hulpkracht in supermarkten. Inmiddels werkt volgens FNV Bondgenoten 55 procent van ongeveer 260.000 werknemers van supermarkten op basis van een contract als hulpkracht.

De CGB heeft gelijktijdig met de hulpkrachten in de supermarkten ook gekeken naar de positie van oproepkrachten van theaters. In huidige cao-afspraken voor Nederlandse podia zijn de oproepkrachten met een zogeheten 0-urencontract ook uitgesloten van toeslagen voor onregelmatige werktijden. Dit is geen discriminatie, omdat de oproepkrachten niet verplicht zijn om te werken en kunnen weigeren. Dit in tegenstelling tot de andere werknemers van de podia.