Slechts 1 procent van de Nederlandse jongeren van 15 of 16 beweerde in 2011 de harddrug ooit gebruikt te hebben. De drug wordt in de volksmond ook wel speed of pep genoemd. Speed werkt stimulerend, een gebruiker krijgt er meer energie van en wordt niet moe. In veel andere westerse landen gebruikt een groter deel van de jongeren de drugs, in België bijvoorbeeld 5 procent en in de Verenigde Staten liefst 9 procent.

Volgens Nathalie Dekker, voorlichtster en medewerkster van de Drugs Infolijn van het Trimbos-instituut, is het wetenschappelijk lastig aan te tonen waarom speed minder populair is dan elders in de onderzochte landen. „Het gemiddeld gebruik van harddrugs in Nederland is iets lager dan elders, dus vandaar ook amfetaminen minder gebruikt worden. Bovendien kan ons coffeeshopbeleid een rol spelen in dit verhaal. Daardoor ontstaat namelijk een scheiding van markten, waardoor jongeren die hasj of wiet willen kopen niet naar een dealer toe gaan die ook speed heeft.”

Wat betreft het gebruik van cannabis zit Nederland in de subtop van de onderzochte 14 westerse landen met 27 procent van de jongeren die in 2011 zei de softdrugs ooit (of ‘wel eens’) te hebben gebruikt. Het gebruik van xtc is zelfs het op één na hoogste. Alleen in de Verenigde Staten nemen meer jongeren de pillen, respectievelijk 4 om 7 procent. Op het gebruik van cocaïne scoren de Nederlandse jongeren heel gemiddeld, ongeveer 2 procent gebruikte in 2011 wel eens coke.

Het hoge gebruik van xtc kan een derde factor zijn in het lage gebruik van amfetaminen onder jongeren, aldus Dekker. „Dat is wat makkelijker verkrijgbaar in Nederland, want het is een exportland. Dat zou kunnen betekenen dat meer jongeren xtc gebruiken in plaats van speed.”