Opinie

Pittbullterriër

Eerlijk gezegd ben ik niet zo’n enorme dierenvriend. Nooit geweest eigenlijk. Afgelopen winter werd mijn al of niet aanwezige dieren­liefde op de proef gesteld. Ik kwam thuis uit het werk en stond achter ons huis oog in oog met een pittbullterriër. Een hond van de minst vriendelijke soort. Zo’n lekker dier dat niet alleen je broek, maar ook je kuiten lust.

Steven Middelkoop
1 August 2012 15:14Gewijzigd op 14 November 2020 22:26

Hoe het dier in onze tuin verzeild raakte, wist ik niet, maar voorlopig bleek het niet weg te krijgen. Had ik de hond net de tuin uit geloodst, zat hij enkele minuten later weer prinsheerlijk voor de achterdeur. In gedachten zag ik mijn vrouw al thuiskomen, zonder kuiten, met hond. Aangezien ze klein en lieflijk is, leek me een ruwe aanvaring met meneer Pitbull geen goed idee. Dus ik waarschuwde haar met een sms’je: „Pitbull in de achtertuin, neem de voordeur maar.”

Zelf moest ik nog even langs de supermarkt. Een halfuur later stapte ik de voordeur binnen en keek door het achterraam of mijn ‘vriend’ er nog was. Daar rolden mijn ogen bijna uit mijn hoofd. Mijn vrouw en meneer Pittbull bleken in een gezellig 
gesprek verwikkeld. Zij zat gehurkt op de grond en hij keek haar poeslief aan, een en al verbinding.

Met zachte woorden en een vriendelijke blik kreeg mijn vrouw het dier waar ze het maar hebben wilde. Hij at zo’n beetje uit haar hand. Het vormde een rustgevend plaatje. Zo-even stond het beest grommend voor me, nu bleek het zo mak als een lammetje. Enigszins jaloers wilde ik dit natuurlijk evenaren, maar opnieuw sloeg het beest om. Als een blad aan de boom. Gegrom alom.

Een predikant zei eens tegen me: „Jongeren zijn net honden, ze ruiken of je van hen houdt.” Die opmerking borrelde naar boven toen ik het verschil in reactie overdacht. Ik benaderde het beest met de overtuiging dat het dier allereerst naar mij moest luisteren. Onder die overtuiging ging onuitgesproken angst schuil; „als hij bijt, dan zal ik hem!”

Mijn vrouw had totaal niet de behoefte om ‘baasje’ te spelen. Ze benaderde de hond vanuit vertrouwen, met oprechte belangstelling. Sterker nog, ze was in enkele seconden van het dier gaan houden. Dit overigens tot haar eigen verbazing.

Ik kreeg die middag een levensles. Heb eerst lief, maak dan verbinding en je krijgt de ander waar je maar wilt. Wie van jongeren (en honden!) iets gedaan wil krijgen, begint met liefhebben.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer