Uitstel
Jakobus 4:17
„Wie dan weet goed te doen, en niet doet, dien is het zonde.”
Als we de dingen eens deden op het moment zelf, het moment waarop het zou moeten gebeuren! „Wie dan weet goed te doen, en niet doet, dien is het zonde.” Dat betekent: het is zondig naar de mate van ons weten. Als hier een broeder is in wiens geest God iets fris, iets goeds heeft gelegd, dan smeek ik hem om dat meteen om te zetten in daden. Zegt u: „Maar dat heeft toch nog nooit iemand eerder gedaan?” Iemand moet de eerste zijn, en waarom zou u die eerste niet zijn als u er zeker van bent dat het om iets goeds gaat, en dat dit goede in uw hart is opgekomen door de werking van God de Heilige Geest?
Maar als u weet goed te doen, en niet doet, zal het zonde zijn, elke minuut dat u het niet doet, dat u het ongedaan laat. Laat de zon niet opnieuw opkomen voordat u, als het maar enigszins kan, bent begonnen aan uw heerlijke en gezegende dienst. „De tijd is kort.” De gunstige gelegenheden gaan maar al te snel voorbij: „Want hoedanig is uw leven? Want het is een damp, die voor een weinig tijd gezien wordt en daarna verdwijnt.”
Wees wakker en blijf aan het werk. Spoedig zullen we er niet meer zijn. Moge het zijn dat we niet opgeroepen worden om naar Huis te gaan als er nog een gelofte ligt om die te doen voor onze Heere en Meester.
C. H. Spurgeon predikant te Londen
(”Laatste preken”, 1892)