EU regelt coördinatie sociale uitkeringen
Wie in een ander EU-land gaat werken, verliest binnenkort niet langer zijn opgebouwde rechten op WW en andere voorzieningen op sociaal gebied. Daarmee verdwijnt een belangrijk obstakel om elders een baan te accepteren.
Het Europees Parlement (EP) in Straatsburg keurde donderdag een voorstel goed dat voorziet in een betere coördinatie -en dus niet in een harmonisatie- van de verschillende socialezekerheidsstelsels binnen de Unie. De beoogde maatregelen hebben nog de unanieme instemming van de ministers van de lidstaten nodig. Naar verwachting zullen daarbij geen problemen rijzen.
De bestaande bepalingen, vastgelegd in een verordening die dateert uit 1971, zijn erg ingewikkeld en ondoorzichtig. Europees commissaris Diamantopoulou (Sociale Zaken) benadrukte in het debat de grote betekenis van de nu voorgenomen wijzigingen voor het bevorderen van de mobiliteit van werknemers.
In de toekomst blijven verworven rechten te allen tijde van kracht. De te ontvangen WW, bijvoorbeeld, is afhankelijk van het aantal actieve jaren. Tot dusver gaat de teller op nul als een betrokkene over de grens een functie aanvaardt. Onder de nieuwe voorschriften krijgt iemand in het land waar hij of zij woont een uitkering waarvan hoogte en duur zijn gebaseerd op het gehele arbeidsverleden. De nationale instanties die de uitbetalingen verzorgen, moeten later onderling hun uitgaven verrekenen.
Meer zekerheid komt er ook in de sfeer van de pensioenen en ten aanzien van de vergoeding van ziektekosten. Gehandicapten behouden hun uitkeringen bij verhuizing naar een andere EU-lidstaat. Verder wordt het toepassingsgebied van de regeling uitgebreid tot de gezinsleden van werkenden.