Het tijdstip waarop Israël Arafat wegjaagt, moet zorgvuldig worden gekozen om de positie van de Palestijnse premier Mahmoud Abbas niet nog verder te ondermijnen, zei Mofaz. Abbas en Arafat zijn verwikkeld in een machtsstrijd. Abbas heeft de steun van Israël en de Verenigde Staten, maar is onder de Palestijnen steeds minder populair. Hij loopt het risico volgende week door het Palestijnse parlement naar huis te worden gestuurd.

Bijna 200 Palestijnse parlementsleden, academici en schrijvers riepen dinsdag in krantenadvertenties beide politici op hun meningsverschillen bij te leggen. Zij wezen erop dat de onderlinge strijd schadelijk is voor de Palestijnse zaak. Leiders van de regeringspartij Fatah spraken met elkaar, maar slaagden er niet in een oplossing aan te geven. Arafat en Abbas spreken niet meer rechtstreeks met elkaar en communiceren via bemiddelaars. Naaste medewerkers van Abbas ontkenden berichten dat de premier had gedreigd met aftreden en vertrek uit de Palestijnse gebieden.

Volgens Mofaz is Arafat „het belangrijkste obstakel geworden, zowel voor het leiderschap van Abbas als voor het vredesproces.” Arafat wilde „nooit echt een akkoord met ons bereiken”, zei Mofaz. De minister kondigde tevens aan dat Israël net zo lang doorgaat met de liquidatie van Hamas-leden totdat de „infrastructuur van terreur” is ontmanteld, door Israël of door de Palestijnen zelf.

Arafat zelf zei dinsdag dat de routekaart, het jongste vredesinitiatief, dood is als gevolg van de Israëlische agressie. Hij zei dat tegen verslaggevers van de Amerikaanse nieuwszender CNN die hem vragen stelden zonder dat er een cameraploeg filmde. Arafat stelde verder dat de Verenigde Staten niet voldoende hebben gedaan om de vredesinitiatieven in leven te houden. Hij suggereerde dat de Amerikaanse president Bush het wellicht te druk heeft met Irak en met de presidentsverkiezingen van volgend jaar.