Buitenland

Albanezen in Macedonië op de vlucht voor geweld

Ongeveer 1200 Albanezen zijn vanuit het noorden van Macedonië naar Kosovo en Servië gevlucht, omdat in hun woongebied al enkele dagen hevig wordt gevochten tussen de Macedonische politie en gewapende Albanezen. Dat hebben Macedonische politieagenten dinsdag gemeld.

Buitenlandredactie
3 September 2003 08:21Gewijzigd op 14 November 2020 00:31

Volgens de politie zijn de meeste vluchtelingen vrouwen en kinderen. De politie zoekt nu naar leider Avdil Jakupi van een groep van ongeveer twintig gewapende Albanezen. De groep, het Albanese Nationale Leger (ANA), dreigde volgens Albanese media dinsdag met een nieuwe burgeroorlog als het leger zich niet voor dinsdag zou terugtrekken.

De Macedonische regering heeft dinsdag een ultimatum van de opstandige etnisch Albanese strijders genegeerd om een einde te maken aan de belegering van het gebied in het noorden van het land.

De zoekactie naar Jakupi richt zich onder meer op het dorp Vaksince, ongeveer 20 kilometer ten noordoosten van de hoofdstad Skopje. Militairen en politieagenten hebben wegversperringen opgeworpen. Honderden dorpelingen hebben sinds het begin van de operatie, afgelopen zondag, hun huizen verlaten.

De Macedonische regering heeft laten weten dat een compromis niet tot de mogelijkheden behoort. Jakupi wordt onder meer gezocht wegens de ontvoering van twee mensen, onder wie een politieagent.

Etnisch Albanese strijders in het gebied zeggen geen banden te onderhouden met een bepaalde organisatie, maar de autoriteiten en waarnemers van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) denken dat er ANA-leden onder hen zijn. Het ANA streeft naar vereniging van gebieden in de Balkan die worden bewoond door etnisch Albanezen.

Het ANA stelde maandag op zijn website een ultimatum aan de Macedonische politietroepen waarin die werden gemaand binnen 24 uur te vertrekken. Zij dreigde daartoe „alle mogelijke middelen te gebruiken.” Dinsdag werd een nieuwe verklaring afgegeven waarin werd gezegd dat zijn manschappen gereed zijn voor de „vereniging van etnisch Albanese gebieden tot een enkele staat.”

Inmiddels zijn vertegenwoordigers van de OVSE samen met Albanese parlementsleden en afgevaardigden van de noordelijke regio Kumanovo naar Vaksince gereisd in de hoop onderhandelingen op gang te kunnen brengen. Het ongeveer 2000 inwoners tellende dorp lag er dinsdag grotendeels verlaten bij. De weinige dorpelingen die zich lieten zien, zeiden meer geweld te vrezen.

In 2001 maakte een vredesverdrag een einde aan een zeven maanden durend conflict tussen Slavische Macedoniërs en etnische Albanezen. De laatste groep streed toen voor meer rechten. Buitenlandse militairen, eerst onder gezag van de NAVO en nu van de Europese Unie, proberen er de rust te handhaven.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer