De zogenoemde Maatschappij voor de Ontwikkeling van het oude Akko verricht de opgravingen in het kader van een restauratieproject van de befaamde muur die in Akko langs de zee loopt.

In 2009 vonden onderzoekers al aanwijzingen voor het bestaan van een kade toen ze aan de voet van de zuidelijke kade onder de zeespiegel een vloer vonden van uitgehouwen steen. De bouwstijl was fenicisch (cultuur uit het Middenlandse Zeegebied, met een bloeitijd tussen 1500 en 400 voor Christus, AM). De archeologen vroegen zich al af waarvoor de vloer diende.

Kobi Sharvit, de directeur van de maritieme eenheid van de oudheidkundige dienst, gelooft dat recente vondsten duiden op een militaire haven. Bij opgravingen werden stenen gevonden met een gewicht van 250 tot 300 kilogram die dienden om boten aan vast te leggen.

Bovendien vonden onderzoekers een stenen vloer die schuin afloopt en mogelijk diende om oorlogsschepen op de kade te trekken. Sharvit zegt dat verder onderzoek nodig is om deze veronderstelling te bewijzen.

Bij de opgravingen zijn de archeologen ook op duizenden potscherven en andere voorwerpen gestuit. Het aardewerk was afkomstig van eilanden in de Egeïsche Zee en havens aan de Middellandse Zee.

Sharvit meldde dinsdag dat er sporen van verwoesting zijn gevonden. Deze kunnen te maken hebben met de verwoesting door de Ptolemaeën in 312 voor Christus of de Makkabeese opstand in 167 voor Christus.

In het Oude Testament wordt Akko nauwelijks genoemd, waarschijnlijk omdat de Israëlieten de stad niet in handen kregen. In het Nieuwe Testament wordt de stad Ptolemais genoemd. Paulus beëindigde daar zijn tocht over de zee tijdens zijn derde zendingsreis.

De stad was in de oudheid zeer belangrijk. Samen met Damascus en Jeruzalem behoort het tot de langst bewoonde steden in de wereldgeschiedenis. Egyptische teksten uit 1800 voor Christus noemden de stad al. De stad heeft diverse overheersingen gekend, waaronder die van de Egyptenaren, Perzen, Ptolemaeën, Hellenisten, Romeinen, Byzantijnen, Omajjaden en Ottomanen.

De zogenoemde tel, de archeologische heuvel van Akko, ligt landinwaarts. Slechts op een klein gedeelte van deze 35 meter hoge heuvel bevinden zich opgravingen. Veel rijkdommen op de tel zijn verloren gegaan door roof, erosie en cultivering. Pas aan het begin van de twintigste eeuw kwam er een einde aan de bewoning van de tel.

Na de aanleg van de haven van Caesarea door koning Herodes de Grote (37 tot 4 voor Christus) nam het belang van Akko af. Maar toen de moslims in 636 de stad veroverd hadden, nam het belang van de havenstad weer toe. De haven van Caesarea was toen namelijk dichtgeslibd. Akko werd de belangrijkste schakel tussen Europa en het koninkrijk van de kruisvaarders na de verovering door Boudewijn I in 1104.