Directeur Rijks maakt zich op voor opening
AMSTERDAM (ANP) – Klusjesmannen zijn hier en daar nog bezig, een enkele deur moet nog worden vervangen, schilders ronden de laatste decoraties af en elektriciteitsdraden in buisjes worden weggewerkt achter de muren. „De buisjes laten zitten, is toch geen gezicht”, zegt Wim Pijbes, hoofddirecteur van het Rijksmuseum in Amsterdam. „Dat doe je thuis toch ook niet?”
In het Rijksmuseum vinden de laatste werkzaamheden plaats van de grootschalige verbouwing van de afgelopen jaren. Bouwvakkers zijn sinds 2003 bezig het monumentale gebouw uit 1885 om te vormen tot een modern en licht museum, met twee gloednieuwe en met glas bedekte binnenplaatsen. Het Rijks heeft straks 30 liften, voor de verbouwing was er geen enkele.
Restaurateurs brachten originele details van de architect terug. De enorme Voorhal is gereconstrueerd, de mozaïekvloer is opnieuw uitgevoerd naar oorspronkelijk ontwerp, de schilderingen van Cuypers zijn na 90 jaar weer zichtbaar. „De Voorhal laten we ook helemaal leeg, om de grandeur van het gebouw in optima forma te laten zien”, zegt Pijbes.
De directeur is trots op het resultaat. Alleen wat oneffenheden hadden wat hem betreft nog weggewerkt mogen worden. In sommige bakstenen muren in dienstruimtes zitten nog gaten. „Stuken mocht niet van Monumentenzorg.” Het laten pleisteren van bakstenen in een tentoonstellingszaal kostte 1,5 jaar. „We werden tegengehouden door het Cuypersgenootschap. Ik denk dat er bijna 1 miljoen euro gemeenschapsgeld over de balk is gesmeten door bezwaren van het Cuypersgenootschap.”
De bouwwerkzaamheden zijn zo goed als afgerond: maandag vindt de officiële sleuteloverdracht plaats. „Dan kunnen we gaan inrichten”, zegt de directeur. De Nachtwacht maakt als een van de laatste kunstwerken zijn rentree in het vernieuwde Rijksmuseum. Het beroemde schilderij komt een paar centimeter lager te hangen dan voorheen. Pijbes: „Ik hou van schilderijen die laag hangen. Dan heb je meer contact met de kunst.”
Straks zullen 2 miljoen bezoekers per jaar door het museum dwalen, elke dag van het jaar, ook op nieuwsjaarsdag. „We zijn daarmee vermoedelijk het eerste museum wereldwijd dat 365 dagen per jaar geopend is.” En als het aan Pijbes ligt, brengen mensen ook een bezoek aan de compleet heringerichte tuin, met beelden, een fontein en originele speeltoestellen uit de jaren ’40 en ’50 waar kinderen op kunnen spelen.
„We hebben daar het mooiste terras van Amsterdam waar je groente kunt eten die we in onze 19e eeuwse kas hebben gekweekt.” Daar wil de hoofddirecteur elk jaar op 21 juni de Rijksmuseum Summer Party organiseren. Zenuwachtig is Pijbes niet, met de heropening in zicht. „Alles gaat goed, en zo niet, dan niet. Ik heb er geen slapeloze nachten van.”