Gezin met smalle beurs geniet van kamp
SINT MICHIELSGESTEL – Kanoën en fietsen, maar ook een museumbezoek en een dropping. De deelnemers aan een gezinskamp voor mensen met een smalle beurs krijgen in Noord-Brabant een gevarieerd programma voorgeschoteld. Tussendoor worden ze aan het denken gezet over opvoeding.
Woensdagmiddag, vier uur. Een paar vaders zitten onder een groot afdekzeil voor de woonkamer van Zonnewende, een groepsaccommodatie in het Noord-Brabantse Sint Michielsgestel. De regen drijft twee meisjes met hoofddoek naar binnen, waar een groepje kinderen voor de televisie zit. De dozen met spelletjes in de hoek blijven onaangeroerd, evenals de sjoelbakken op tafel.
De accommodatie biedt sinds maandag plaats aan vijftig inwoners van Den Haag, die weinig of geen financiële middelen hebben om op vakantie te gaan. Na onder meer een natuurwandeling maandag en een fietstocht dinsdag stapten ze woensdag bij Sint Michielsgestel in een kano om naar Den Bosch te peddelen, ruim 10 kilometer verderop.
Bushra Qadri (19) –haar ouders komen uit India– vertelt dat ze niet ver is gekomen. Haar kano sloeg al snel om, waarna zij en haar zusje kletsnat uit het water werden gevist. „Ik kan zwemmen, maar mijn zusje niet. Ze had een reddingsvest aan, maar het was wel even moeilijk.”
Gazi Ayhan (16) hielp de te water geraakte kanovaarders aan de kant. „Ik heb een reddingsdiploma, gehaald in het zwembad”, zegt de vmbo-scholier niet zonder trots. Nadat de doorweekte vakantiegangers zich in Zonnewende hadden omgekleed, werden ze met een busje naar Den Bosch gereden.
Leendert Verzijden is een van de vrijwilligers die het kamp begeleiden. De gepensioneerde diaconaal werker was voorheen verbonden aan Stichting Stek (voor stad en kerk). Hij vertelt dat de deelnemers bezoekers zijn van het Vadercentrum in het Haagse Laakkwartier of van de Weggeefwinkel, samen met hun gezinnen. Onder hen zijn 32 jongeren onder de 20 jaar.
De gezinnen betalen een geringe vergoeding voor de midweek: 50 euro voor deelnemers vanaf 12 jaar; 25 euro voor de jongsten. „Mensen moeten er iets voor overhebben. Voor wie de bijdrage toch nog te hoog is, hebben we een speciale regeling getroffen. Minima hebben vaak al problemen genoeg. Wij wilden niet hun volgende schuldeiser worden.”
Het Vadercentrum biedt mannen in achterstandssituaties mogelijkheden om zich te ontwikkelen en hun maatschappelijke positie te versterken. „Een belangrijk onderwerp is de betrokkenheid van vaders bij de opvoeding. Die is niet voor alle mannen vanzelfsprekend. Bij onze activiteiten, en ook tijdens deze kampweek, vragen we daar aandacht voor”, zegt Verzijden.
Zo werd tijdens een van de maaltijden het thema opvoeding ter sprake gebracht. Verzijden vroeg de ouders wat ze belangrijk en wat ze moeilijk vinden bij het grootbrengen van hun kinderen. De jongeren konden aangeven wat zíj van betekenis vinden in de betrokkenheid van hun ouders.
Het valt Verzijden op dat de meesten op een positieve wijze met hun kinderen meeleven. Het samen ondernemen van activiteiten tijdens het kamp moet dat versterken. Voor de vrijwilliger zelf was de kanotocht het hoogtepunt van de eerste helft van de week. „Er sloegen in het begin twee kano’s om. Dat was even heftig, maar iedereen heeft het prima opgepakt. Het is goed om samen spannende dingen te doen en moeilijkheden te overwinnen.”
Memet Resul Guler (48), van Turkse komaf, kwam met twee tienerdochters naar het kamp. Hij woont bijna dertig jaar in Nederland. „Ik heb veel zwaar werk gedaan, onder meer in de tuinbouw en het grondwerk.” Momenteel is hij werkloos.
Guler geniet volop van het gezinskamp. „Het is hier rustig en je ziet veel bomen. Heel anders dan in Den Haag. Ik vind het prachtig om samen dingen te doen. Vooral het fietsen vond ik heerlijk. Als de kinderen genieten, word ik ook blij.”
Af en toe een buitje onderweg mag voor Guler de pret niet drukken. „Ik vind regen wel leuk”, zegt hij met een lach. „Een beetje nat worden is echt gezellig. Als het regent, verdwijnt de stress. Zo zie ik dat.”
Lees ook: