Promovenda: Willem van Oranje zette al volop media in
AMSTERDAM – Hoezo is een uitgekiende mediastrategie typisch iets van politici van deze tijd? Willem van Oranje bediende zich er al rijkelijk van, stelt onderzoeker Femke Deen. „Men vond het geen punt om in te spelen op allerlei onderbuikgevoelens, zoals angst voor Spaanse soldaten.”
Verschillende media inzetten, inspelen op onderbuikgevoelens, machtsverhoudingen beïnvloeden: het zijn al eeuwenoude praktijken.
Dat is een van de conclusies van historica Femke Deen (1975), die morgen aan de Universiteit van Amsterdam promoveert op de rol van het publieke debat en propaganda in Amsterdam tijdens de Nederlandse Opstand (1566-1578).
Strafvoltrekking
Over Twitter en Facebook hoefde Willem van Oranje nog niet te denken tijdens zijn mediaoffensief, maar hem stonden genoeg andere middelen ter hand, stelt Deen.
„Je moet denken aan een grote hoeveelheid handgeschreven brieven, maar ook aan liedjes en aan vormen van mondelinge en rituele communicatie, zoals een strafvoltrekking. Daar werd echt heel uitgekiend gebruik van gemaakt. Ik durf te stellen dat zulke mediastrategieën ten tijde van de Opstand voor het eerst op zo’n grote schaal werden toegepast.”
Later kwamen daar pamfletten en kranten bij, maar tijdens het begin van de Opstand bleek vooral correspondentie een uitstekende manier voor Willem van Oranje en zijn volgelingen om de burgers van het toen nog rooms-katholieke Amsterdam te bereiken.
„Brieven belandden op straat, werden daar voorgelezen en gedeeld. De oorlog hield de gemoederen echt bezig. Op straat sprak iedereen er over, van hoog tot laag. Ook korensjouwers hadden met elkaar disputen met redelijk ingewikkelde argumenten.”
Preken
Historicus Ton van der Schans, docent geschiedenis aan hogeschool Driestar Educatief, wijst desgevraagd op nog een medium dat volgens hem veel invloed had: de preek. „Preken werden, in gedrukte vorm, vaak breed verspreid. De predikanten vormden later het nationale element in de republiek. Ze gingen van Leeuwarden naar Amsterdam.”
Promovenda Deen is het daarmee eens, maar ze wijst er op dat er vrijwel niets bekend is over de inhoud van de preken die ten tijde van de Opstand in de buurt van Amsterdam gehouden zijn.
„In Duitsland werden heel veel preken in die tijd al afgedrukt, maar in Nederland kwam dat pas later. Ik weet wel zeker dat preken invloed hebben gehad, maar het is heel lastig om erachter te komen welke rol ze precies hebben gespeeld.”
Godsdienstvrijheid
Sowieso speelden niet alleen religieuze argumenten een rol, analyseerde ze. „Dat wisselde. Toen Willem van Oranje alle gewesten bij elkaar probeerde te krijgen, maakte hij de keuze om niet te veel nadruk te leggen op godsdienstvrijheid. Liever deed hij een beroep op het belang van het gemeenschappelijke vaderland. Daardoor hoopte hij ook het gematigd rooms-katholieke deel van de bevolking achter zich te krijgen.”
Volgens Deen waren de opinieleiders van de zestiende eeuw er niet vies van „om in te spelen op onderbuikgevoelens. Ook Willem van Oranje doet dat, bijvoorbeeld als het gaat over het kweken van angst voor Spaanse soldaten. Die werden zo wreed mogelijk voorgesteld. De boodschap was: Als jullie niet aan onze kant komen, overkomt jullie straks hetzelfde als Zutphen en Naarden. Dan worden jullie kinderen vermoord en jullie vrouwen verkracht.”
Ziet Deen parallellen met de politiek van vandaag? Heeft ze de PVV op het oog? „Ja, de parallellen vielen me wel op. Hoe je mensen kunt mobiliseren en opruien, daar werden toen en worden nu dezelfde methoden voor gebruikt. Maar ik ben wel voorzichtig met die parallellen. Straks krijg ook ik Wilders op mijn dak.”