Brede steun Kamer voor bijstandswet
Het kabinet krijgt in de Kamer brede steun voor de Wet werk en bijstand. Na afloop van een week lang debatteren, ziet het ernaar uit dat naast CDA, VVD en D66 ook PvdA, LPF en SGP voor gaan stemmen. GroenLinks en SP zijn tegen, de ChristenUnie aarzelt nog, maar overweegt ook tegen te stemmen.
Eindresultaat van het debat deze week is dat het wetsvoorstel op twee belangrijke punten gewijzigd wordt. Het eerste betreft de sollicitatieplicht voor alleenstaande bijstandsouders met kinderen jonger dan vijf jaar. Staatssecretaris Rutte (Sociale Zaken) omarmde gisteravond twee amendementen die de plicht in beginsel overeind laten, maar tegelijk de positie van de desbetreffende bijstandsouders versterken.
Het ene -van PvdA-kamerlid Noorman-den Uyl- regelt dat er eerst adequate kinderopvang moet zijn geregeld voor de bijstandsouder hoeft te voldoen aan de plicht. Het andere -van CDA-kamerlid Bruls- stelt dat gemeenten rekening moeten houden met ouders voor wie de zorgplicht duidelijk zwaarder weegt dan de sollicitatieplicht. Overigens blijft het oordeel aan de gemeente.
Oorspronkelijk verzette het CDA zich voluit tegen de sollicitatieplicht. Toen bleek dat daarvoor geen meerderheid te vinden was, zocht Bruls het compromis met zijn coalitiegenoten. CU en SGP noemen zijn amendement een stap vooruit, maar betreuren dat er niet meer in zat. Hetzelfde geldt voor RMU-directeur Schalk, die vreest voor een tweedeling tussen gemeenten met en gemeenten zonder begrip voor bijstandsouders die thuis willen blijven.
Tweede punt waarop de nieuwe bijstandswet deze week is aangepast, betreft de vraag of bijverdienen door mensen in de bijstand nog mogelijk blijft. Het kabinet wil daarvan af, maar de Kamer denkt er anders over. Rutte toonde zich bereid om, zoals het CDA voorstelde, bijverdienen toch mogelijk te maken, mits het gaat om bijverdiensten die niet langer duren dan een halfjaar en die uitzicht bieden op een blijvende volledige baan of deeltijdbaan.
Rutte reageerde gisteravond ook op een amendement van SGP-kamerlid Van der Vlies, waarin staat dat mensen geen werk hoeven te aanvaarden dat strijdt met hun godsdienst of levensovertuiging. Volgens de nieuwe wet moeten uitkeringsgerechtigden ”algemeen geaccepteerde arbeid” aanvaarden, terwijl in de oude wet wordt gesproken over ”passende arbeid”. De SGP vreest dat dit leidt tot een toename van het aantal gewetensconflicten.
Volgens Rutte is die vrees niet terecht, omdat in de toelichting op de wet een passage is opgenomen die betrokkenen in hun integriteit en geweten beschermt. Van der Vlies zou dat ook graag opgenomen hebben in de wet, maar daar vreest Rutte op zijn beurt weer misbruik. Overigens deelt hij zijn eindoordeel nog schriftelijk aan de Kamer mee.
De balans opmakend, gaf PvdA-kamerlid Noorman-den Uyl het kabinet zicht op haar stem voor het wetsvoorstel. Ook LPF en SGP zullen waarschijnlijk voor stemmen. Van der Vlies: „Met betrekking tot de sollicitatieplicht is het niet wat we wilden, maar is wel een stap vooruit gezet. Verder liggen er in de wet veel bepalingen die aansluiten bij onze uitgangspunten.”
SP en GroenLinks zijn tegen, omdat ze vinden dat uitkeringsgerechtigden onterecht getroffen worden door bezuinigingen. Ook de ChristenUnie overweegt tegen te stemmen. Kamerlid Huizinga: „Het is een zware beslissing, maar wij hebben echt nog grote moeite met de positie van bijstandsmoeders, die geen recht meer hebben om zich op te beroepen, en het feit dat het kabinet er zo’n haastklus van maakt.”