„JP Coen verdient zijn standbeeld”
HOORN (ANP) – Het standbeeld van Jan Pieterszoon Coen hoeft niet weg uit de Hoornse binnenstad. Zo luidt het eindoordeel van duizenden bezoekers van het Westfries Museum die de afgelopen maanden lieten weten of de omstreden VOC-voorman een standbeeld verdient. Dit maakte museumdirecteur Ad Geerdink maandag bekend.
Het standbeeld van Pieterszoon Coen was het afgelopen jaar het middelpunt van een verhitte discussie in Hoorn. Kritische bewoners konden het niet verteren dat de in Hoorn geboren VOC-voorman als held wordt vereerd ondanks de slachtingen die hij in Nederlands-Indië aanrichtte.
„Wat ons opviel in de discussie over Pieterszoon Coen, was dat iedereen hem of een schurk vond of een held”, vertelt museumdirecteur Geerdink. „Daarom startten wij een tentoonstelling in de vorm van een rechtszaak. Hierin daagden we onze bezoekers uit hun mening te vormen nadat ze kennis hadden genomen van de pleidooien van zijn voor- en tegenstanders.”
De aanklacht in de rechtszaak luidde: Coen is niet standbeeldwaardig. Duizenden bezoekers spraken zich hierover uit en 60 procent was het niet eens met de aanklacht tegen de voormalig gouverneur-generaal van de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC).
„Veel mensen vinden dat we het handelen van Pieterszoon Coen niet kunnen beoordelen met de normen en waarden van nu”, licht Geerdink toe. „Anderen willen het beeld behouden omdat de VOC-kolonisatie een belangrijk deel van onze geschiedenis is, los van het feit of dat goed of slecht was. Van ruim een derde mag het beeld wel weg. Zij rekenen hem het gebruikte geweld zwaar aan.”
De Hoornse gemeenteraad besloot begin dit jaar al dat het beeld in de binnenstad mag blijven staan, maar liet wel een nieuwe tekst op de sokkel plaatsen die ook de wandaden van Pieterszoon Coen belicht. Een prima oplossing, aldus de meerderheid van de publieksjury.