Zeeland gaat verder met plan voor terminal
Zeeland geeft het plan voor de aanleg van de Westerschelde Containerterminal (WCT) niet op. Een meerderheid van Provinciale Staten wil onderzoeken of het project in een andere vorm kan doorgaan, nu de Raad van State een streep door het oorspronkelijke plan heeft gezet.
De coalitie, gevormd door CDA, PvdA, VVD en SGP, vroeg gedeputeerde drs. H. van Waveren (Economische Zaken) vandaag in een motie duidelijk te maken of het plan voor de WCT definitief in de ijskast verdwijnt. Het is volgens de fracties zaak „op zo kort mogelijke termijn” te weten te komen of er toch nog mogelijkheden zijn voor de bouw van een containerterminal aan de oever van de Westerschelde.
Provinciale Staten kwamen vandaag in een extra zitting bijeen, nadat de oppositiepartijen in juli om een spoeddebat hadden gevraagd. Zij deden dat na het vernietigend oordeel van de Raad van State over het plan voor de bouw van de WCT in Vlissingen-Oost, zes weken geleden.
De provincie wilde aanvankelijk op het strandje De Kaloot een terminal van 2600 meter lengte aanleggen. Zeeland Seaports en Hesse Natie Noord leggen daarvoor elk 324 miljoen euro op tafel. De voorziening heeft een maximale capaciteit van 1,5 miljoen containers per jaar. Tegen het plan werd protest aangetekend door onder meer de Zeeuwse Milieufederatie (ZMF).
Vorige maand sprak de Raad van State uit dat Zeeland het plan onvoldoende heeft onderbouwd. Er is niet genoeg onderzoek gedaan naar alternatieve locaties. Ook is de overlast die de WCT met zich meebrengt voor omwonenden -vooral langs de spoorlijnen in Zuid-Beveland- niet goed in kaart gebracht. Volgens de Raad van State heeft de provincie wel voldoende aandacht geschonken aan natuurcompensatie.
De coalitiepartijen erkennen inmiddels dat het plan op onderdelen rammelt. „We zijn onzorgvuldig geweest”, zei CDA-woordvoerster drs. J. Koppejan-Elsen desgevraagd voorafgaand aan het debat. „Het plan is terecht vernietigd”, aldus PvdA-Statenlid P. A. Hamelink.
Geen van de coalitiepartijen wil zich op voorhand bij het oordeel van de Raad van State neerleggen. „Wij hebben hierin onze eigen verantwoordelijkheid. Het kan niet zo zijn dat de Raad van State bepaalt wat er met de Zeeuwse economie moet gebeuren”, aldus Koppejan-Elsen. „We staan nog altijd achter ons besluit van vorig jaar om de economie een stevige impuls te geven. Van de waarde van de WCT zijn we diep overtuigd.”
Volgens de CDA-woordvoerster moet daarom zo snel mogelijk door Gedeputeerde Staten worden onderzocht op welke manier de WCT alsnog kan worden gerealiseerd. Koppejan: „We hebben een grondige analyse van de uitspraak van de Raad van State nodig. Het is zaak dat juridische experts zich over de mogelijkheden en onmogelijkheden uitspreken.”
Op een reparatie van het plan zitten de coalitiepartijen niet te wachten. „Dat lijkt ons niet zinvol”, aldus Hamelink. „Wij willen nagaan hoe realistisch het is om alles opnieuw en beter te onderzoeken. Zolang de investeerders in het project geloven moeten wij als overheid meedoen.”