Jeugd in Volendam worstelt met depressies
Jongeren in Volendam worstelen met drank, angst, depressies, concentratieproblemen, denkstoornissen en agressie sinds de cafébrand in de nieuwjaarsnacht van 2001.
Dat is de belangrijkste uitkomst van een onderzoeksrapport dat TNO Preventie en Gezondheid uit Leiden vrijdag gepresenteerd heeft. Door de brand in het café in de nieuwjaarsnacht van 2001 verloren veertien jongeren het leven en raakten er bijna 300 gewond.
De brand in café De Hemel heeft niet alleen grote gevolgen voor het geestelijk welzijn van de slachtoffers, maar ook voor dat van hun klasgenoten, vrienden en vriendinnen. Er is sprake van diepe en emotionele wonden bij de jongeren, aldus TNO.
Uit het onderzoek blijkt dat vooral de meisjes piekeren en worstelen met somberheid en angst en dat zij net als jongens sinds de ramp meer alcohol drinken. TNO spreekt over „excessief drankgebruik.”
Vooral in stresssituaties vluchten veel Volendamse jongeren in drank. Het gaat om vijf glazen of meer per gelegenheid. „Het is een manier om om te gaan met een herinnering”, denkt onderzoeker dr. M. Reijneveld van TNO. „Drank is een manier om even niet aan de ramp te hoeven denken en te kunnen ontspannen. Drinken helpt die jongeren om tot rust te komen.”
Er is in Volendam geen opmerkelijk gebruik van xtc-pillen, sigaretten of softdrugs geconstateerd.
TNO concludeert in het rapport dat bij een ramp niet alleen de slachtoffers, maar ook hun vrienden en klasgenoten nazorg nodig hebben. Die hebben het emotioneel zwaar wegens het verlies van klasgenoten, vrienden, broers en zussen en door de dagelijkse confrontatie met ernstig misvormde en gehandicapte jongeren.
Volgens TNO is het de eerste keer wereldwijd dat het geestelijk welzijn van een groep jongeren kon worden gemeten voor en na een ramp. TNO was voor de ramp al bezig met een onderzoek naar de effecten van een schoolgezondheidsprogramma op het Don Bosco College in Volendam. Na de ramp is dit onderzoek voortgezet.