Toneelstukje voor een straatkrantverkoper
Ze stond in de regen, voor de ingang van de supermarkt. In haar handen had ze een exemplaar van Straatnieuws, maar ze leek er niet van overtuigd dat ze die vandaag nog kwijt zou raken aan een klant van de grootgrutter. Onverschillig trok ze aan haar sigaret en blies de rook de regen in.
„Ga toch binnen staan, kind”, adviseerde een al wat oudere vrouw die met een paraplu en een handvol boodschappen naar buiten kwam. Maar nee, dat mocht niet, gaf ze te kennen. Niet omdat ze rookte, maar omdat de eigenaar van de winkel geen verkopers van de daklozenkrant in zijn zaak duldde.
Straatnieuws houdt op te bestaan. De krant van dak- en thuislozen wordt steeds slechter verkocht. „Medewerkers en vrijwilligers hebben alle zeilen bijgezet om de situatie te keren”, geeft bestuursvoorzitter Jan Roncken aan. „Maar uiteindelijk mocht dat niet meer baten. Met pijn in het hart heeft het bestuur moeten besluiten alle activiteiten te staken.” Zaterdag verschijnt het laatste nummer van Straatnieuws.
Het principe van Straatnieuws is simpel. Dak- en thuislozen kopen de krant in voor 1 euro en verkopen hem op straat voor 1,90 euro. Tel uit je winst. Met de opbrengst kunnen ze zo’n beetje in hun dagelijks bestaan voorzien.
De laatste jaren veranderde er veel. De ‘klassieke’ Nederlandse dakloze verdween uit het straatbeeld en maakte plaats voor de verkoper uit Midden- en Oost-Europa. Bovendien daalde de verkoop sterk; onvoldoende om zonder subsidie de krant te kunnen maken en te verspreiden. Op het hoogtepunt werd Straatnieuws per maand 20.000 tot 30.000 keer verkocht. Dat aantal is teruggelopen tot onder de 10.000. Na bijna achttien jaar en miljoenen kranten komt er een eind aan een fenomeen.
Ik heb wel eens een nummer van Straatnieuws gekocht, gewoon, uit medelijden. Het is best lastig om met een welgevulde boodschappenkar een medemens te passeren die het duidelijk minder getroffen heeft. En met een luttele 2 euro is het geweten gauw gesust.
Maar wat moet je met een krant die je niet van plan bent te lezen? Gewoon omdat de onderwerpen je niet interesseren. Of omdat de journalistieke kwaliteit te wensen overlaat. Of omdat de inhoud je ronduit tegenstaat.
Natuurlijk kun je de krantenverkoper een muntstuk toestoppen en hem de krant laten houden. Dat lijkt een elegante oplossing. Maar juist die geste maakt pijnlijk duidelijk wat dit ”toneelstukje voor een straatkrantverkoper” werkelijk is: een verkapte vorm van bedelarij. We geven de arme sloeber een heuse baan om de suggestie te wekken dat hij in zijn eigen levensonderhoud kan voorzien. Maar dat is niet het geval. De Straatnieuwsverkoper moet het hebben van de gunst van de koper, niet van de kwaliteit van zijn product. Hij is zzp’er, maar alleen op papier. Dit is een goedkope manier van elkaar en jezelf voor de gek houden. Daar is de dakloze niet bij gebaat.
Daarom is het goed dat de Straatnieuwsverkoper uit het straatbeeld verdwijnt.
Maar daar moet wel iets tegenover staan. Toen het volk Israël op het punt stond de Jordaan over te steken om het beloofde land in bezit te nemen, beloofde God voorspoed en welvaart. Niemand zou iets tekortkomen, er zouden geen bedelaars zijn in Israël (Deut. 15:4).
Maar dat was geen automatisme dat de menselijke verantwoordelijkheid uitschakelde. Nadrukkelijk en onmiddellijk volgt op de belofte de opdracht: „Wanneer er onder u een arme zal zijn, een uit uw broederen, in een uwer poorten, in uw land, dat de Heere, uw God, u geven zal, zo zult gij uw hart niet verstijven, noch uw hand toesluiten voor uw broeder, die arm is. Maar gij zult hem uw hand mildelijk opendoen, en zult hem rijkelijk lenen, genoeg voor zijn gebrek, dat hem ontbreekt.”
Nederland is een van de rijkste landen ter wereld, de economische crisis ten spijt. We sturen de arme medemens toch niet de straat op met een loze opdracht?
Reageren? beeldenstorm@refdag.nl