Gesprek tussen refo’s en evangelischen van belang
Zowel reformatorischen als evangelischen hebben hun historische wortels in de Reformatie. Dat biedt mogelijkheden voor bezinning en gesprek, betoogt Kees van Kralingen.
Hans Maat stelde in deze krant dat de oude tegenstelling reformatorisch versus evangelisch achterhaald is (RD 9-6). Jongeren hebben er weinig mee. We hebben volgens Maat nu te maken met heel andere, nieuwe fronten.
Deze stelling riep allerlei reacties op, variërend van „er is nooit een tegenstelling geweest” tot reacties die zeggen dat er op z’n minst nog stevige barrières zijn.
Het is goed om onderscheid te maken tussen de door Hans Maat gesignaleerde trend en onze reactie op die trend. De ontwikkelingen die Hans Maat signaleert zijn naar mijn mening niet te ontkennen. In ons wereldwijde christelijke dorp kan iedereen alles lezen en bekijken en velen doen dat ook. Het gevolg is onder andere een grondige uitwisseling tussen evangelischen en reformatorischen en een stevig gesprek over het hoe en waarom van de onderlinge verschillen.
Deze trend aanwijzen is één ding, maar hoe moeten we die waarderen? En wat doen we daarmee? Hans Maat lijkt de trend overwegend positief te waarderen, omdat hij als reactie hierop de behoefte aan een nieuwe herbronning en een nieuwe reformatie ziet.
Er zijn inderdaad signalen van een oprechte zoektocht naar werkelijk geestelijk leven en het navolgen van Christus bij vooral reformatorische jongeren. Veel evangelische jongeren krijgen steeds meer behoefte aan verdieping en herbronning.
Als dit het resultaat is van deze trend, val ik Hans Maat graag bij. Wie zou de noodzaak van geestelijke vernieuwing en het navolgen van Christus willen ontkennen? Maar ik wil wel enkele kritische kanttekeningen plaatsen en vooral een voorstel doen voor verder gesprek.
In een dergelijke situatie is het klassieke probleem dat een tegenbeweging de neiging heeft naar een andere uiterste door te schieten. Dat kan gebeuren door onnodige tegenstellingen te creëren.
Hans Maat probeert ons in zijn eerste artikel te prikkelen door dergelijke tegenstellingen te benoemen. Hij zegt onder andere: „Waar vinden we een kerk die niet is gericht op zelfbehoud en vormen, maar op geestelijke vernieuwing en navolging van Christus?”
Laatstgenoemde dingen zijn hard nodig, maar laten we niet vergeten dat verzoening met God essentieel is. Hij stelt ook dat we een minderheid worden en dat daarbij geen theologische scherpslijperij en een gerichtheid naar binnen past.
Prima, maar laten we wel nauwkeurig de Bijbel blijven lezen en de boodschap op een actuele en doordachte manier blijven presenteren. Veel jongeren hebben juist daar behoefte aan. Dat betekent niet dat oude verschillen als sneeuw voor de zon zullen verdwijnen, maar dat we anders met deze verschillen zullen omgaan.
Hans Maat roept ons ertoe op maar vast aan deze trends te gaan wennen. Ik zou willen voorstellen om actief in de discussie mee te gaan. Stefan Paas heeft terecht opgemerkt dat beide tradities binnen de bedding van de orthodoxie vallen. Je kunt zelfs zeggen dat beide stromingen hun historische wortels in de Reformatie hebben. En dat biedt mogelijkheden voor bezinning en gesprek. Dat betekent inderdaad ”ad fontes” en ”semper reformanda”: terug naar de bronnen en blijven reformeren. Beide tradities of stromingen hebben dit nodig.
Het zou goed zijn om eens te beginnen met een diepgaand gesprek over de kernprincipes van de Reformatie, omdat die ons terugleiden naar Gods Woord en de noodzaak van de leiding van de Heilige Geest. Het Woord van God blijft tot in eeuwigheid; we worden uit genade door het geloof behouden, uitsluitend op grond van het werk van Christus. En dat alleen is tot Gods eer!
De uitdaging is om het Evangelie telkens weer opnieuw te verstaan, toe te passen en door te geven aan een nieuwe generatie. Door Woord en Geest ontstaat geloof, verandert ons leven en gaan we Christus volgen, tot zegen van onze omgeving.
Daarbij is naar mijn stellige overtuiging een Bijbels evenwicht nodig in ons spreken over Gods soevereiniteit en de menselijke verantwoordelijkheid zoals dit in de Reformatie zo grondig is doordacht. Dit zal ons bewaren voor zowel een naar binnen gericht, lijdelijk hyper-calvinisme alsook voor een activistische benadering waarbij alles maakbaar lijkt te zijn.
In alle gesprekken over verschillen in vormen en praktische geloofsbeleving kom je altijd uit bij deze kernpunten. Daarom zou het heel vruchtbaar zijn om nu eens bij deze kernpunten en hun Bijbelse fundering te gaan beginnen.
Deze zaken zijn recent op een actuele en evenwichtige manier verwoord in de zogenoemde ”foundation documents” van de Amerikaanse organisatie The Gospel Coalition. Deze documenten zouden een uitstekend startpunt zijn voor verder gesprek.
De auteur is oudste in een baptistengemeente en voorzitter van de Sola 5 Baptisten.