Bruto nationaal geluk hoogst in Costa Rica
ROTTERDAM – De welvaart wordt gemeten aan de hand van het bruto nationaal product (bnp). Op een congres in Rotterdam hebben deskundigen vrijdag uitgebreid van gedachten gewisseld over een, qua benaming, analoog begrip: het bruto nationaal geluk.
Het bnp geeft aan hoeveel de burgers in een land met elkaar verdienen. Regelmatig verschijnen de cijfers. We horen over groei of, zoals nu in Nederland, krimp. Dan gaat het om puur materiële zaken.
De omvang ervan zegt lang niet alles over de mate waarin betrokkenen zich prettig en tevreden voelen. Tegen die achtergrond heeft de Erasmus Universiteit in Rotterdam het instituut Ehero opgericht, afkorting van Erasmus Happiness Economics Research Organisation, om meer kennis te vergaren over geluk. Ter gelegenheid daarvan vond er vrijdag een symposium plaats.
„Het is niet echt nieuw”, zegt socioloog prof. dr. Ruut Veenhoven (69). Al jarenlang verricht hij studie naar het geluksniveau van mensen en aspecten die daarmee samenhangen, met als centrale vraag hoe je een groter geluk kunt bewerkstelligen voor een groter aantal personen, zowel in het publieke beleid als in private levenskeuzen.
„Wel nieuw is dat andere faculteiten aanhaken”, aldus Veenhoven. „Het onderzoek krijgt met de lancering van Ehero een institutionele basis. Dit heeft te maken met de opkomst van ”happiness economics”, een beweging die vanaf het jaar 2000 binnen de economische wetenschap is ontstaan.”
Bhutan, het koninkrijkje dat ligt ingeklemd tussen Tibet en India en dat handelt vanuit de boeddhistische tradities, hanteert sinds ongeveer 1970 het bruto nationaal geluk (bng) als maatstaf voor zijn ontwikkeling en niet, zoals elders in de wereld, het bnp. Regeringsbeslissingen zijn erop afgestemd dat bng te vergroten.
Veenhoven: „Dat is eigenlijk wat wij in Nederland welzijn noemen. Die discussie voerden we hier in de jaren zeventig ook: we hebben genoeg welvaart, nu moeten we zorgen voor meer welzijn. De index van het nationaal geluk is in Bhutan een optelsom van allerlei dingen die je belangrijk vindt, zoals natuurbehoud, scholing, veiligheid en ook religieuze elementen.
Wij definiëren geluk anders, als subjectieve levensvoldoening. Die zal in Bhutan misschien uitkomen op een zesje. Wij kijken welke factoren een rol spelen. Voor een deel zijn het de genen, hoe je geboren bent, maar voor een ander deel de omstandigheden en die kun je verbeteren.
Onze bevindingen zijn bedoeld voor drie partijen. Allereerst voor het individu, om iemand de juiste informatie te verschaffen die hem of haar in staat stelt gunstige beslissingen te nemen. Bijvoorbeeld: bij de afweging of je vervroegd wil stoppen met werken, moet je goed weten of zo’n stap inderdaad meer geluk oplevert. En verder bedienen we organisaties en overheden, die voortdurend voor beleidskeuzes staan.”
Veenhoven verwijst naar een internetsite waarop hij gegevens heeft verzameld over resultaten van onderzoeken naar geluk, de world happiness database. Deze bevat een lijst met cijfers over hoe tevreden mensen in 149 verschillende landen zijn over hun leven. Costa Rica voert de ranglijst aan met een 8,5, op een schaal van 0 tot 10. Dat illustreert dat rijkdom niet als overheersende factor geldt. Daarna volgen Denemarken, IJsland en Zwitserland. Nederland bezet de zeventiende positie (7,6).
Opmerkelijk is dat Latijns-Amerika hoog scoort. Waardoor precies, dat moet nog verder worden uitgezocht. De zon misschien? Veenhoven: „Ja, maar die schijnt in Afrika ook en de landen van dat continent bevinden zich in de achterhoede.”