„Geen veroordeling tegen elke prijs”
AMSTERDAM (ANP) – Het Openbaar Ministerie (OM) hoeft niet tegen elke prijs ernstige misdrijven als moord op te lossen, in de vorm van een veroordeling. Ook niet in het liquidatieproces Passage. Dat mag de samenleving niet van het OM verwachten, noch het OM van zichzelf. „Dan kan het te veel gaan kosten”, betoogde advocaat Nico Meijering donderdag voor de rechtbank in Amsterdam.
Meijering is begonnen aan zijn slotpleidooi, een marathonbetoog van 4 dagen. Hij verdedigt de verdachten Dino Soerel en Ali A., door justitie beiden beschouwd als opdrachtgevers van huurmoorden.
Het OM moet zich vooral aan de regels houden, aldus Meijering, anders belanden er mogelijk onschuldigen langdurig achter de tralies. Soerel en A. hebben niets met de in Passage behandelde liquidaties te maken, zo hebben zij de afgelopen jaren tijdens het monsterproces verklaard. Bij een vrijspraak zou het OM de zaak niet verliezen, zei Meijering, omdat ook in dat geval het recht zou hebben gezegevierd.
Volgens Meijering is justitie onder meer gezwicht voor de enorme publicitaire druk en probeert men koste wat kost de verdachten veroordeeld te krijgen. Daarbij heeft zij ervoor gekozen het met de regels minder nauw te nemen, onder meer door met een wat de advocaat betreft onbetrouwbaar gebleken kroongetuige, Peter la S., in zee te gaan.
Die kroongetuige is jarenlang toegestaan zijn verklaringen over Willem Holleeder onder de pet te houden. Ook daarmee zijn de vervolgingsregels met voeten getreden, vindt Meijering. Te meer daar gebleken is dat die verklaringen veel belastender zijn dan wat La S. over Soerel heeft weten te vertellen. Alleen daarom al zou de rechtbank het OM onverbiddelijk moeten afstraffen en de hele zaak naar de prullenbak moeten verwijzen, meent de advocaat.
Holleeder geldt volgens justitie nog steeds als verdachte in diverse liquidatiezaken, maar hij wordt vooralsnog niet vervolgd. Volgens Meijering is dat niet uit te leggen. Tegen Soerel en Ali A. eiste het OM vorige maand een levenslange gevangenisstraf.
Het vonnis in Passage wordt eind dit jaar dan wel begin volgend jaar verwacht.