Vrijwilligerswerk door gezinnen werkt: twee portretten
Zestig gezinnen in Almere, Amersfoort, Dordrecht, Ede, Gouda, Houten, Utrecht en Zwolle deden het afgelopen jaar mee aan een proef van Stichting Present door zich als gezin vrijwillig in te zetten voor de naaste. Twee portretten van deelnemers.
Gezinssamenstelling: Robin Winters (40), Carolien (39), Dean (9) en Sem (7) uit De Bilt.
Vrijwilligerswerk: In het afgelopen halfjaar een keer gewandeld met twee verstandelijk en lichamelijk gehandicapte vrouwen en twee keer spelletjes gedaan en gewandeld met ouderen van een tehuis in Utrecht.
„We kregen via onze baptistengemeente De Rank in Utrecht een blaadje in handen met een oproep van Stichting Present”, vertelt moeder Carolien. „Hoewel onze jongens actief zijn in de sport en scouting zijn er in de vakanties best dagen waarop je niet zo snel een programma hebt. Het leek ons leuk om met ons viertjes vrijwilligerswerk te gaan doen. Het is een stuk dagbesteding. Een doorsneegezin met kinderen is vaak druk met werk, sporten, feestjes en school, maar het is belangrijk dat de kids ook de andere kant van het leven zien.”
Anderen begrijpen dat niet altijd, merkte het gezin Winters. „Er belde iemand om een dagje uit met ons af te spreken. Toen wij zeiden dat we niet konden omdat we een paar uur naar het bejaardenhuis zouden gaan, wekte dat bij de ander toch enige verbazing. „Ga toch iets leuks doen met je kinderen, naar het zwembad of het pretpark!” Het is echter de vraag hoe je de tijd besteedt. We willen onszelf absoluut niet op de borst kloppen, maar het vrijwilligerswerk geeft veel voldoening. We hebben gezien hoe mensen opbloeiden door de aandacht die ze kregen. Ouderen genieten ervan als ze jonge kinderen van dichtbij meemaken. Kinderen zijn open en maken plezier.
Onze zoons vonden het geweldig om te doen. Ze moesten even wennen tussen de ouderen, maar het ijs was snel gebroken. Een oudere vrouw wilde graag bowlen op de Wii-spelcomputer. Ze kon haar hand nauwelijks optillen om de bal op het scherm in beweging te brengen. Dean en Sem tilden haar hand op en zeiden triomfantelijk: „ Mevrouw, u hebt ze allemaal omgegooid!”
Veel ouderen in zo’n tehuis zitten wat versuft bij elkaar, maar ze gaan echt stralen als er kinderen op bezoek komen. Sem en Dean werden steeds vrijer. Er was een mevrouw die steeds alles herhaalde. Als volwassenen zouden wij schromen om het te zeggen, maar de jongens zeiden gewoon: „Mevrouw, dat hebt u net ook al verteld.”
Tijdens de wandeltocht met de twee gehandicapte vrouwen was het prachtig om te zien hoe liefdevol kinderen kunnen zijn. Ze vonden het ook helemaal niet eng. Min of meer op hetzelfde niveau genoten de kinderen en de twee vrouwen bijvoorbeeld ontzettend van het moment waarop ze samen een konijntje aaiden.”
Het vrijwilligerswerk heeft meerwaarde, meent moeder Carolien. „De mensen voor wie je het doet, laten hun dankbaarheid blijken. Bij de gehandicapten konden we tijdens de wandeling lastig inschatten of ze wel genoten. Een van de vrouwen kon nauwelijks praten, maar na afloop gaf ze me een kus op de hand. Een vrouw in het bejaardenhuis zei ook niet zo veel, maar toen ze de lift in ging, terug naar haar kamer, riep ze uit: „Duizendmaal dank!” Dat zijn fijne momenten.”
Het gezin Winters komt door het vrijwilligerswerk in aanraking met niet-christelijke medemensen. Moeder Carolien: „Het geeft ons de kans om uit te leggen waarom we het vrijwilligerswerk doen: vanuit de overtuiging er voor de naaste te zijn. Ik ga het gesprek niet die kant opduwen. Mensen moeten zelf met vragen komen. Soms geeft dat een opening voor een goed gesprek. Verplegend personeel vond het bijzonder dat we ons op die manier inzetten. Dat was fijn, want op die manier konden we uitleggen wat ons ten diepste drijft. Het is ook niet bijzonder wat we hebben gedaan. Het zou juist normaal moeten zijn dat mensen naar elkaar omkijken.”
We zouden graag nog eens als gezin naar bijvoorbeeld een asielzoekerscentrum gaan. Op die manier kunnen we onze jongens laten zien dat er ook in ons eigen land kinderen zijn die het veel minder goed hebben dan zij. Om dat in te zien is het echt niet nodig helemaal naar Afrika te reizen.”
Gezinssamenstelling: Arie van Diggele (30), Marieke (30), Mathan (7), Liselotte (4), Rick (2) uit Veenendaal.
Vrijwilligerswerk: Geknutseld en pannenkoeken gebakken in tehuis voor demente ouderen in Ede.
„Toen de kinderen voor het eerst hoorden over de plannen voor vrijwilligerswerk waren ze direct enthousiast”, zegt vader Arie. „Liselotte riep dat ze graag wilde knutselen, Mathan vond pannenkoeken bakken een goed idee. Onze voornaamste drijfveer was om het vrijwilligersproject eens zelf mee te maken, omdat ik als onderzoeker bij het gezinnenproject betrokken ben. Daarnaast bleek achteraf dat het voor ons als gezin ook een samenbindende activiteit is geweest. Het was heerlijk om met elkaar bezig te zijn. We kwamen in contact met mensen die je normaal gesproken niet zomaar zou opzoeken.”
Leerzaam was de activiteit ook, stelt Van Diggele. „Vooraf had ik toch mijn twijfels over het nut van het bezighouden van ouderen met dementie. Het leek me niet zo zinvol, omdat ik ervan uitging dat die mensen toch alles zo weer vergeten zouden zijn. Maar ik zag hen opbloeien en genieten. Het heeft mij de ogen ervoor geopend dat ook mensen met dementie, ook al lijkt het misschien zinloos, recht hebben op aandacht.
Voor de kinderen was het best even wennen. Zo lag er een mevrouw in bed, zonder kunstgebit en met een pop in haar armen. Het ijs was echter toch snel gebroken. Voor Mathan en Liselotte was het heel goed om te leren dat mensen met dementie deel uitmaken van de maatschappij.”
Van Diggele, aangesloten bij de gereformeerd vrijgemaakte gemeente in Veenendaal, wil met zijn gezin bewust christen zijn en de naaste dienen. „Ik vind het belangrijk om niet alleen in het eigen christelijke kringetje te blijven, maar ook daarbuiten te gaan en te kijken wat we voor de naaste kunnen betekenen. In de wijk waarin we wonen proberen we bijvoorbeeld regelmatig in contact te komen met allochtonen. Vrijwilligerswerk is geen plichtmatigheid maar iets wat voortkomt uit het verlangen om Jezus’ liefde te delen met anderen.
Verzorgend personeel was verrast dat we de ouderen vrijwillig een middag gezelschap hielden. Ze vroegen ons om het vaker te doen. Mijn overtuiging is dat je het christen-zijn in de praktijk vooral moet uitdragen door te doen, meer dan door te praten.”
Voor vader Van Diggele was het een eyeopener dat zijn kinderen zich tussen de ouderen als een vis in het water voelden. „Mathan bloeide op tijdens het pannenkoeken bakken. Hij vond het heerlijk om voor anderen te zorgen en een stukje verantwoordelijkheid te dragen. Dat verstevigde de band tussen hem en mij. Liselotte sloeg aan het knutselen en praatte honderduit met de bewoners. Spontaan en open. Er was een vrouw die minstens vijf keer dezelfde vraag stelde aan Liselotte.” Met een lach: „Ze gaf geduldig vijf keer hetzelfde antwoord.”
De jongste telg van het gezin Van Diggele, Rick, zorgde eveneens voor veel vreugde bij de ouderen. „Hij had een speelgoedkrokodil vast die hij zogenaamd de bewoners in de arm liet bijten. Iedereen had de grootste lol.”
De jonge Veenendaalse ouders hebben zich voorgenomen om als gezin vaker deel te nemen aan vrijwilligerswerk. „Het is echt aan te raden, omdat het gezellig is om samen iets te doen. Gezinsleden leren elkaar nog beter kennen en je komt op plaatsen waar je niet zomaar met je kinderen naartoe zou gaan. Het werk hoeft niet veel tijd te kosten. Het geeft een dankbaar en voldaan gevoel om de hulpbehoevende naaste een geweldige middag te bezorgen.”
„Kinderen hebben weinig vooroordelen”
De christelijke vrijwilligersorganisatie Stichting Present in Doorn heeft gisteren met een symposium een nieuwe methodiek onder de naam ”Gezinnen: Present!” gepresenteerd.
Daarmee wil de stichting de zogeheten ”family volunteering” een stevige plek geven in het aanbod van vrijwilligerswerk in Nederland.
In meer dan vijftig plaatsen in Nederland kunnen gezinnen zich bij een lokale afdeling van Present aanmelden om vrijwilligerswerk te doen.
Present heeft de methodiek vanaf vorig jaar ontwikkeld en getest met medewerking van zestig gezinnen. Ze werkte daarvoor samen met onderzoekers van het Centrum voor Samenlevingsvraagstukken van de Gereformeerde Hogeschool in Zwolle.
Behalve de praktijkervaring die deelnemende gezinnen opdeden, leverde die samenwerking ook een beschrijving op van de methode die nodig is om gezinnen vrijwilligerswerk te kunnen laten doen, evenals een onderzoek naar de effecten van de nieuwe methodiek.
Stichting Present en de onderzoekers zien kansen voor meer vrijwilligerswerk door gezinnen in Nederland. Present heeft ervaring in de begeleiding van groepen vrijwilligers die iets willen doen voor een ander. Het gaat dan vooral om groepen buurt- of kerkgenoten, vrienden, collega’s of studenten.
De stichting wil in de samenleving een beweging op gang brengen waarbij steeds meer mensen het vanzelfsprekend vinden om naar elkaar om te zien. Ze sluit daarbij zo veel mogelijk aan op bestaande sociale verbanden, zoals in dit geval gezinnen.
„De kracht van gezinnen is onder meer dat het vanzelfsprekende verbanden zijn waarbinnen mensen van elkaar leren en dat ze divers van samenstelling zijn”, zegt projectleider Marja Jager-Vreugdenhil. „Kinderen hebben een onmisbare rol die ook heel belangrijk is in de samenleving. Kinderen zijn spontaan, nieuwsgierig en hebben weinig vooroordelen.”
Present heeft de proeven met vrijwilligerswerk door gezinnen uitgevoerd in Almere, Amersfoort, Dordrecht, Ede, Gouda, Houten, Utrecht en Zwolle.
De plaatselijke coördinatoren van Present deden ervaring op in het begeleiden van gezinnen. Ze gingen uit van het „aanbod” van vrijwilligers: waar zijn de gezinsleden goed in, wat doen ze graag en hoeveel tijd hebben ze ervoor over?
De coördinatoren zorgden voor een goede match tussen het gezin en een hulpontvanger. Jager noemt enkele onderzochte voorbeelden: „Een gezin met basisschoolkinderen hielp bij activiteiten op een zorgboerderij, een gezin met tieners knapte een paar kamers op in een verwaarloosd huis en een gezin met peuters en kleuters versierde cakejes met de bewoners van een verzorgingstehuis.”