Apothekers die meer moeten betalen voor de inkoop van bepaalde geneesmiddelen, kunnen daarvoor compensatie krijgen, liet de bewindsman deze week weten.

Voorzitter M. Favié van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP) veegde het plan van tafel. „Een goede regeling heeft geen vangnet nodig”, sneerde hij vrijdag.

De KNMP ging vrijdag opnieuw in beroep bij het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBB) tegen de handhaving van het clawbacksysteem. Dat houdt in dat de apothekers een deel van de inkoopprijs van medicijnen (bonus) terugbetalen aan de zorgverzekeraars. Afhankelijk van het soort medicijnen varieert dat van 8 tot 40 procent.

De apothekers geven de voorkeur aan directe prijsverlaging van medicijnen, zodat het in hun ogen omslachtige kortingensysteem kan worden afgeschaft. Een algemene prijsverlaging kan 400 miljoen euro per jaar opleveren. Zorgverzekeraars hebben echter becijferd dat de apothekers jaarlijks 650 miljoen aan bonussen ontvangen.

Drie farmaceutische bedrijven (Bayer, Astra Zeneca en Sanofi Synthelabo) wilden deze week via de rechter in Den Haag een andere indeling van bepaalde geneesmiddelen afdwingen. De zogeheten multisource-middelen, waarop geen patent meer rust, gaan 40 procent minder kosten, terwijl ’unieke’ pillen slechts 8 procent in prijs omlaaggaan. Het was dus zaak voor de farmaceuten het bijzondere, onuitwisselbare karakter van hun producten te beklemtonen.

De maatregelen op de bonussen van de apothekers gaan op 1 september in. Twee dagen daarvoor doen het college van beroep en de voorzieningenrechter in Den Haag uitspraak.