VN-raad laat bloedbad Syrië onderzoeken
GENEVE (ANP/AFP/RTR) – De Verenigde Naties gaan onderzoek doen naar het bloedbad in de Syrische plaats Houla. Daarmee willen de VN boven tafel krijgen wie verantwoordelijk is voor de slachting en bewijs verzamelen, zodat de betrokkenen kunnen worden vervolgd. Dat heeft de VN-Mensenrechtenraad vrijdag bepaald.
Van de 47 landen in de raad stemden 41 voor het onderzoek. Rusland, China en Cuba stemden tegen, omdat het plan volgens hen „onevenwichtig” is. De drie steunen het Syrische regime in de strijd tegen de opstandelingen.
In Houla werden vorige week meer dan 100 burgers vermoord. Regime en opstandelingen geven elkaar de schuld, maar VN-waarnemers zeggen dat regeringsmilities schuldig zijn. „Als wij er niet waren geweest, zou het een nieuwe ronde van onbevestigde beweringen en verhalen zijn geweest”, aldus VN-chef Ban Ki-moon.
Volgens VN-mensenrechtenchef Navi Pillay is het mogelijk een misdaad tegen de menselijkheid. Ze wil dat het Internationaal Strafhof in Den Haag zich buigt over het bloedbad. Ook de Amerikaanse en Europese gezanten bij de raad zien een rol weggelegd voor het Strafhof.