Dat blijkt uit de jongste cijfers over de samenstelling van het lokaal bestuur die de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) woensdag heeft gepubliceerd. In 1998 had 44 procent van de gemeenten een burgemeester van CDA-huize. Dit jaar is dat percentage gedaald naar 34.

De VVD staat op de tweede plaats. De positie van de liberalen is door de jaren heen versterkt. In 1998 had 20 procent van de gemeenten een VVD-burgemeester, nu is dat 26 procent. De PvdA volgt de VVD op de voet met een aandeel van 25 procent. In 1998 was dat nog 29 procent.

De VNG becijferde ook welke partij de meeste burgemeesters telt afgezet tegen het aantal inwoners. In dat geval gaat de PvdA royaal aan kop (veel burgemeesters in grote steden), gevolgd door een gedeelde tweede plaats van CDA en VVD.

ChristenUnie en SGP hebben ieder, afgerond, 2 procent van het aantal burgemeestersplaatsen. Gerekend in absolute aantallen heeft de ChristenUnie, inclusief waarnemend burgemeesters, elf burgervaders. De SGP telt er –de meest recente benoeming, van Verhoeve in Oudewater, mee­gerekend– negen.

Nederland telt 415 gemeenten. Een op de vijf burgemeesters is vrouw.

Een Nederlandse burgemeester is gemiddeld 57,2 jaar oud, een wethouder 54,6 en een raadslid 53,1 jaar.

Bij de SGP zijn de burgemeesters gemiddeld genomen het jongst, namelijk 52,5 jaar.