„Daarom blikt de Prediker of zijn beste leerling nog even terug. Als hij de twaalf hoofdstukken no\g eens gelezen heeft, dan raakt hij diep onder de indruk niet alleen van het boek, maar ook van de persoon van de Prediker. Het boek bevat een groot aantal wijze spreuken en gezegden. Maar de spreker en schrijver was niet alleen een wijze, maar ook een onderwijzende man. Je kon veel van hem leren, over jezelf, over God, over dit leven. Prediker was een denker die de diepe zin van alles probeerde op te sporen en het leven samenhang in onze Schepper te geven.

Elke spreuk en elk gezegde bevat daarom levenslessen. Daar is schreeuwende behoefte aan, zeker in onze tijd. Kennis en informatie hebben we –in onze digitale eeuw– in overvloed. We zoeken het even op met google en zo komen we aan onze informatie. Maar de woorden van waarheid van de getrouwe Prediker zijn van een ander niveau. Ze hebben eeuwigheidswaarde. Het is het juiste woord op de juiste tijd voor de juiste situatie. Hoe goed is een woord op zijn tijd (Spr. 15:23)!

Hier blijkt het grote verschil: de levenswijsheid van deze onderzoeker is als de prikstok van de herder. Hij stuurt met een prikje van zijn staf zijn schapen in de juiste richting. Hij wijst de zere plek aan. Hij slaat de spijker op de kop. Hij drijft hem diep in het hout. Dat doet soms wel pijn, maar het is nodig. De waarheid is altijd ontdekkend en afsnijdend, maar tegelijkertijd vertroostend en onderwijzend. Het Evangelie is niet naar de mens. Maar al deze wijsheid komt van de Heere en Hij is mijn Herder (Spr. 2:6).

Een overstelpende hoeveelheid romans en detectives, science fiction en literatuur, studieboeken en naslagwerken rolt van de persen en belandt via de lezers in de oudpapiercontainers en versnipperaars. Aan informatie en zogenaamde wetenschap hebben we geen gebrek. Interessante nieuwe theorieën en nieuwe filosofieën buitelen over elkaar heen (2 Tim. 4:3-4). Elke tijd kent weer zijn eigen trend. Je wordt er moe van.

De samenvatting van het hele boek is dat alle mensen God zouden moeten vrezen. De vreze des Heeren is immers het beginsel van de wijsheid. Te wijken van het kwade is verstand.”